verband hiermee nodige maatregelen, totdat onverwachts bleek dat de tegenstander geheel andere plannen had. Woensdag de ioe Augustus, des namiddags half vier, brak het geallieerde leger op. Aanvankelijk ging het in Westelijke richting naar de Dyle, die bij Florival werd gepasseerd; daarna in Zuid westelijke naar de kant van Genappe. De gehele nacht - behoudens iy2 uur rust en de volgende morgen werd doorgemarcheerd, totdat omtrent het middaguur van de i ie een kamp werd opge slagen in de vlakte ten Noorden van Genappe, tussen deze plaats en Mariansart. Bedenken wij, dat 30 a 40 km waren afgelegd door het terrein en gedeeltelijk bij nacht, en dat de mars in goede orde werd vol bracht, dan mag dit een goede prestatie worden genoemd, die op deugdelijke voorbereiding wijst x). Blijkbaar heeft de afmars Vendome verrast, want eerst na midder nacht zette het Franse leger zich in beweging. Het was zaak, de Pieton te bereiken eer de geallieerden hier hadden post gevatin dit geval toch bleef er niets anders over dan uitwijken over de Sambre. In zeven colonnes drie van voetvolk en vier van cavalerie mar cheerden de Fransen des nachts en de volgende dag 3 o kmde 11 e bereikten zij tegen de avond de Piéton, en om 10 uur des avonds werd een kamp opgeslagen met de linkervleugel bij Seneffe, de rechter aan het genoemde riviertje. Niet weinig kwam het hierbij te stade, dat de bagage reeds tevoren naar Charleroi was gezonden. De geallieerden besloten, de 12e vroegtijdig de mars voort te zetten, zoals Goslinga zegt: 'pour tacher de tirer quelque avantage de notre marche, soit de tomber sur eux dans la marche, ou du moins les obliger de repasser la Haine'. Het was echter reeds tegen de middag, toen het leger zich in beweging zette. De reden van dit late tijdstip vinden wij niet vermeld, doch Goslinga zegt dienaan gaande 'Au lieu de marcher de bonne heure, le Due voulut diner dans son camp, et l'armée ne se mit en marche que vers le midi' een bewijs althans, dat ook hem het uitstel vreemd voorkwam. Over Nivelles bereikte men omstreeks zes uur des namiddags de hoogten van Arquennes. Het vijandelijk kamp was vanhier in de verte zichtbaar. Marlborough detacheerde de graaf van Tilly met 40 eskadrons en alle grenadiers van het leger (6000 man), met V. Collen aan Heinsius 8,9 Augustus 1707 (Heins. arch. 1176); Goslinga aan id. 9 Augustus, zie Bijlage 28; Murray III-£0£, £07-^11. Marlborough beweert, dat hij de mars reeds 6 weken eerder had willen doen (wat op de Hollanders zou zijn afgestuit)Churchill II-2 67. Blijken hiervan hebben wij niet aangetroffen. 203

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

NIMH | 1959 | | pagina 229