opdracht zich op korte afstand van 's vijands linkervleugel te posteren, ten einde, indien hij opbrak, zijn achterhoede te over vallen. Het leger bleef intussen het verdere deel van de dag en de gehele nacht onder de wapenen. Goslinga, in deze voorgelicht door de brigadier Chanclos, een onzer bekwaamste officieren, die de landstreek uitstekend kende, drong erbij Cadogan opaan,deSenne(tte) te overbruggen, zodat men die de volgende morgen vroeg zou kunnen passeren, waarna er goede kans zou bestaan om, indien de vijand Noordelijk van de Haine naar het kamp van Cambron zou marcheren, het enige waar hij voor lopig in veiligheid was, hem tijdens de mars aan te grijpen. Cadogan beloofde er voor te zullen zorgen, doch de uitvoering bleef achter wege. Vendome nam de schijn aan van in zijn kamp te willen blijven; om 10 uur des avonds brak hij evenwel in alle stilte op, om zich in het kamp van Cambron in veiligheid te stellen. Toen Tilly de volgende morgen (Zaterdag de 13e) 's vijands afmars bespeurde, had deze, begunstigd door de duisternis en het bedekte terrein, reeds een flinke voorsprong. Niettemin zette Tilly aanstonds de achtervolging in, nadat aan zijn detachement nog 30 eskadrons en 20 bataljons ter ondersteuning waren toegewezen. Na een mars van 3^4 uur, waarbij moeilijke défilé's veel oponthoud bezorgden, werd aanraking verkregen met 's vijands achterhoede. Volgens Franse berichten bestond deze uit twee brigades cavalerie, twee regimenten dragonders en 20 compagnieën grenadiers, onder BEWEGINGEN VAN 13 EN 14 AUGUSTUS 1707 «NIVELLES «SOIGNIES [14- 'ARQUENNES LENS SUR DENDRE SENEFFE .ROEULX 7 VANDERBEECK Ogottignies .LA LOUVIÈRE4 GOSSE- O LIES ABBAYE DE LOLIVE 'BERGEN HAINE ST. PIERRE HAINE ST. PAUL CHARLEROI 204

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

NIMH | 1959 | | pagina 230