nomen. Dientengevolge bleef het doorbraakfront te smal en kreeg de vijand krachten beschikbaar om tegen de flanken der aanvallers in te zetten. Tegen de twee te ver voortgerukte bataljons, die waarschijnlijk danig in wanorde zijn geraakt, zette Berwick de vier eskadrons dragonders van Mahony in, die op de rechtervleugel der tweede linie cavalerie hadden gestaan. Deze chargeerden de twee bataljons, sloegen ze uiteen en dwongen, wat aan de slachting ontkwam, tot een overhaaste terugtocht. Intussen werden de doorgebroken troe pen in de linkerflank aangevallen door - gelijk van Spaanse zijde wordt bericht - een bataljon der Waalse gardes en de brigade Castilla; in de rechter door de drie eskadrons van het regiment Rousillon Viejo1). Denkelijk hebben nog andere regimenten aan de strijd deelgenomen, die in de verhalen niet worden genoemd. Het gevecht bereikte hier een ongewone hevigheidvan de Holland se troepen, waarvan Dohna de eerste- Friesheim de tweede linie aanvoerde, wordt getuigd dat zij vochten als leeuwen. Doch ook de onvergelijkelijke dapperheid dezer geharde strijders moest het ten slotte tegen de overmacht afleggen; de zwaar gehavende bataljons gingen terug op hun oude stelling. De Engelse infanterieregimenten van Hill en Mackerr, die in de tweede linie der cavalerie hadden gestaan, hielpen hen bij de terugtocht 2). De voor de geallieerden ongunstige keer op hun linkervleugel en in het centrum was ook voor de rechtervleugel beslissend. Engelse zowel als Hollandse bronnen zijn eenstemmig in hun afkeuring van de houding der Portugezen, die niet anders zouden hebben gedaan dan het bij de eerste aanval op een lopen zetten, met uitzondering dan van het eskadron, waarmee de oude Das Minas chargeerde. Hierbij is echter wel enige overdrijving. Volgens een zegsman van geallieerde (waarschijnlijk Engelse) zijde had de rechtervleugel bij het begin van de slag order, niet te vechten aleer zij werd aange vallen. Kennelijk vreesde Galway de morele gevolgen van een eventuele vroegtijdige nederlaag der Portugese cavalerie, die in deze oorlog in het algemeen weinig roem heeft geoogst, en waarin men dan ook weinig vertrouwen had. Op de linkervleugel heeft zij, zover wij kunnen zien, niet minder dan de andere naties haar plicht betracht, en werd haar aanvoerder, de graaf van Atalaja, een dapper krijgsman, gewond uit de slag gevoerd. De rechtervleugel heeft zich gehandhaafd, totdat de strijd op de linker was beslist, en Berwick troepen van zijn rechtervleugel detacheerde om de Portugezen in 1) Aldus in 'Historia de Almansa' p. 104, 110. 2) Friesheim aan Fagel, Alcira 27 April (St.Gl. 6811). 227

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

NIMH | 1959 | | pagina 255