Nu de onderwerping van Aragon geen vraag meer was, gold het voor de geallieerden, de toegang tot Catalonië aan de tot nog toe zegevierend voortdringende tegenstanders te betwisten. Natuurlijke hindernissen waren hier de Ebro van Tortosa tot Mequinenza, en vandaar de Cinca met de steden Fraga en Monzon als steunpunt; in tweede linie de Segre met de belangrijke vesting Lerida. Het korps van Puebla trok terug op Fraga, en vandaar de 6e Juni op Lerida. Te Mequinenza en Monzon werden detachementen achtergelaten uit de regimenten mariniers en dat van Noyelles (Falais) in het eerstgenoemde 400 man onder de majoor Cabel- jaxiw, te Monzon 300 man onder de majoor Van der Vorst. St. Amand, die als oudste de drie Hollandse regimenten commandeer de, voorzag beide plaatsen zoveel doenlijk van levensmiddelen en munitie uit het magazijn van Lerida, doch de verdediging liet zich slecht aanzienzij waren, als zoveel vestingen in het land 'geweldigh vervallen ende van alles ontbloot' De verdediging van de Cinca berustte hoofdzakelijk op een korps van omtrent £000 ruiters, afkomstig uit het leger van Das Minas en het korps van Puebla1). Het eerste was thans aan de Ebro niet meer nodig. Berwick was n.l. toen de overgang bij Tortosa onmogelijk bleek, langs de rechter oever der rivier getrokken tot Caspe. Na hier de nodige overgangs middelen verzameld te hebben was hij de 1 ie de rivier gepasseerd, waarna hij zich 14 Juni bij Orleans aansloot, die inmiddels tot Candasnos was opgerukt. Das Minas had de vijand tot bij Mequinenza op de linkeroever 'gecotoyeert', en was vervolgens naar Lerida en vandaar naar de Cinca getrokken. De cavalerie, in drie korpsen ver deeld, nam hier een observatiestelling in 2). In het Noorden trachtte de hertog van Noailles van Rousillon uit in Catalonië binnen te dringen, althans de geallieerden van die zijde te verontrusten. Het kwam slechts tot verrichtingen op kleine schaal, waarbij de Fransen niet verder kwamen dan de Fluvia. Noyelles leidde op dit front met enige zwakke troepen de ver dediging met Gerona als hoofdkwartier en Bascara aan de Fluvia als voornaamste steunpunt. Tegenover Tortosa hield Asfeld de ge allieerden bezig. De restanten der regimenten infanterie, welke in de slag van Almansa hadden gestreden, bewaakten hier de Ebro. Asfeld veroverde een schans, die de brug dekte ten Zuiden van de rivier, doch onthield zich van pogingen om de Ebro over te gaan. Gedurende de verdere maand Juni bleef de toestand aan de Cinca 236 x) St. Amand aan Fagel, Lerida 8 Juni 1707 (St.Gl. 6811). 2) Berwick I, 403-40^.

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

NIMH | 1959 | | pagina 264