HEIM, commandant van het eerste bataljon Hollandse gardes. Van de Staatse troepen werden gewond de generaal-majoors Villattes en Lauder en de brigadiers Berner en Gaudecker, van wie laatst genoemde nog in het zelfde jaar blijkt te zijn overleden. Van de Engelsen wordt als zodanig genoemd de generaal-majoor Mere dith Een groot aantal zegetekenen viel de overwinnaars in handen. De hollandse troepen alleen bemachtigden 8 paar keteltrommen, 3^ standaarden en 30 vaandels. Verreweg het meeste hiervan kwam op rekening van de ruiterij, en is blijkbaar door de aan de linker vleugel omsingelde Franse troepen verloren. Met de zegetekenen van de rechtervleugel wordt het totaal: 10 paar pauken, 44 standaarden en even zoveel vaandels. Merk waardig mag het worden genoemd, dat zowel VendÖme als d'Ar- taignan de 12e aan de koning schrijven, dat geen artillerie, bagage, vaandels of standaarden verloren zijn gegaan! 2). Van de Franse verliezen bezitten wij geen opgaven. Het aantal doden en gewonden wordt aan Franse zijde gelijk aan dat der ge allieerden geschat, ongeveer 3000. Dat der gevangenen moet 6 a 7000 hebben bedragen. Tot de 700 gevangen officieren behoorden Biron, de veldmaarschalken Ruffé en Fitzgerald, de brigadier Croy, de kolonels der cavalerie Ancenis en St. Aignan, en vele anderen van hoge rang. Gesneuveld was o.a. de kolonel Ximenes van het regiment Royal-Roussillon. Het leger onderging echter nog een belangrijke verzwakking door de duizenden soldaten en ruiters, die, van de nacht gebruik makende, naar Doornik, Ieperen en Rijssel waren ontkomen, naar het zich laat denken in geen al te florissante toestand, en van wie slechts een deel langs omwegen bij het leger terugkeerde. Bergeyck schat hun aantal zelfs op 10- a 12 000. Het moreel van het Franse leger had ernstig geleden. Ver scheidene generaals achtten zich niet veilig achter het kanaal van Brugge, dat voorheen als 'inattaquabel' gold. Dat het vertrouwen 313 Een verlieslijst van de regimenten in Staatse dienst (^2 bataljons) in St.Gl. 502 ia; idem van de cavalerie der linkervleugel (14 regimenten); idem van de Hannoveraanse cavalerie in Staatse dienst (S regn)deze lijsten zijn 23 Juli door Ouwerkerk ingezonden. De Deense infanterie streed op de rechtervleugel naast de Pruisen, en had in het laatste stadium van de slag nog een zware aanval te doorstaan. (Schulenburg p. 331). Voor de verlieslijsten zie Bijlagen 36-38. Een algemene lijst der verliezen in St.Gl. 3920, id. in 5021. 2) De lijst der veroverde keteltrommen, standaarden en vaandels, 16 Juli door de ged. te velde ingezonden, in St.Gl. 8224, met aanvulling in St.Gl. £o2ia (23 Juli). Zie Bijlage 39. In de laatst genoemde staat kan men opmerken, dat de Zwitsers van Sturler een paar keteltrommen hebben veroverd. Het zijn deze, waarvan sprake is in Goslinga's mémoires, p. £8 en 73. Van de paren ketel trommen, standaarden en vaandels veroverden de Hollanders er resp. 8, 3£ en 10; de Engelsen 1, 7 en 1 2 de Pruisen 1 standaard en 2 vaandels. Van 1 standaard en 1 paar pauken zijn de veroveraars onbekend.

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

NIMH | 1959 | | pagina 345