breken vindt zijn verklaring hierin, dat deze gewesten onder de Raad van State te Brussel ressorteerden, zodat hier geen toestem ming van de Staten-Generaal van node was. Het laat zich begrijpen, dat geruime tijd verliep eer het gehele convooi te Brussel mars vaardig was; in die tussentijd vielen enige krijgshandelingen voor, welke wij nog dienen te verhalen1). De 23e Juli zendt Marlborough een detachement van 1600 man naar Armentieres, j; 13 km Zuidwestelijk van het kamp aan de Lys, dat als steunpunt moest dienen voor verdere invallen, en tevens beveiliging verschafte tegen partijgangers uit de naaste vestingen. Twee dagen later had onder Tilly een expeditie van grotere om- vang plaats, n.l. met £0 eskadrons, 12 bataljons, 1000 grenadiers, de huzaren, enige vrije compagnieën en 6 kanonnen. Het voetvolk^ onder Orkney, moest post vatten te La Bassée, de ruiterij door dringen tot Arras, een kleine 80 km van het kamp. De tocht zou D6 dagen duren, en het doel was, behalve het onder contributie brengen van het land, het inzamelen van graan en paarden voor het grote convooi. De 26e ontmoet Tilly tussen Lens en La Bassée een detachement van 800 paardenin het gevolgde ruitergevecht worden de Fransen verslagen, waarbij 200 man, benevens een kolonel en enige andere officieren worden gevangen gemaakt. Voor Lens stuiten de geallieerden op een infanteriebezetting van 1400 man. De volgende dag blijkt de stad verlaten, en wordt zij in bezit ge nomen. Op het bericht, dat een sterk Frans cavaleriekorps over Nieuwpoort naar het Zuiden onderweg is (dat van Cheydalet) zendt Marlborough nog 20 eskadrons en 13- bataljons naar Armen- tières onder Oostfriesland en Dedem. Zij behoefden echter niet in actie te komen; Berwick hield zich in zijn kamp bij Douai en bepaalde zich tot het zenden van cavaleriedetachementen naar de omliggende steden 2). Tot 2 Augustus vertoefde Tilly in het kamp bij Lens, vanwaar hij detachementen uitzond in Picardië. Een ervan, onder Nassau- Woudenberg en Erbach, drong door tot Mont-St. Eloy, 19 km ten N.W. van Arras; een voortroep hiervan zelfs tot Doullens, 83 km van het kamp van Wervik. Zij bestond uit 1^0 Deense diagonders onder de majoor Brand, twee vrije compagnieën onder de kolonel Lambert en de luit.-kolonel De la Motte, beiden wakkere partijgangers, en een detachement huzaren. Zij onder namen een nachtelijke aanslag op Doullens, waarbij zij wit papier, het Franse veldteken, op de hoeden aanbrachten en zich voor partij- h St. Gl. 8224. 2) Murray IV-126, 131. Ouwerkerk a.d. St.Gl. 30 Juni (St.Gl. jo2ia). 327

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

NIMH | 1959 | | pagina 359