als luit.-generaal, het bevel over de Britse troepen in Catalonië op
zich. Typerend dat de Britse regering op deze wijze het staatkundig
en militair beleid in één hand legde, evenals reeds met Marl
borough in de Nederlanden het geval was; een figuur, welke de
Republiek niet kende.
Te Barcelona overleed 11 April de generaal der infanterie
Noyelles, keizerlijk luit.-veldmaarschalk. Zijn dood kwam zeer
ongelegen, daar Karel iii hem 'het gansche bewind van de Spaanse
militie en het redresseren van dien' in handen had gegeven; als
raadgever van de koning was hij trouwens steeds zeer op prijs
gesteld. Daar Friesheim, die met Noyelles in hooglopend geschil
was geweest, reeds demissionair was en op het punt stond, huis
waarts te keren, hoopte St. Amand zijn opvolger als commandant der
Hollandse troepen te worden, doch tot zijn teleurstelling werd de
luit.-generaal Belcastel als zodanig benoemd. Deze had tot nog
toe het bevel over een deel der Hollandse contingenten in Boven-
Italië gevoerd, en kwam thans 30 April, gelijk met Starhemberg
en de Britse generaal Hamilton, in Barcelona aan.
Aanstonds zette de opperbevelhebber zich aan het inspecteren
van de troepen, magazijnen en verdedigingswerken en aan de voor
bereidingen voor de aanstaande operatiën1).
In het begin van Mei stonden de vijandelijkheden te beginnen.
Starhemberg had toen zijn strijdkrachten op de volgende wijze
opgesteld
In het Noorden, aan de Ter, stond Hendrik van Hessen-
Darmstadt met 10 bataljons en 12 eskadrons, samen ongeveer
5000 man. Hierbij waren de Nederlandse bereden troepen ingedeeld,
althans het regiment cavalerie van Drimborn wordt bij de krijgs
bedrijven in deze streek genoemd. De hoofdmacht, niet meer dan
een 1 3 000 man sterk, stond onder Starhemberg bij Cervera, waar
zij de voornaamste invalsweg afsloot. Zwakkere afdelingen, voor een
groot deel uit miquelets samengesteld, stonden Noordelijker, en
sloten de toegangen af tussen de Pyreneeën en de hoofdmacht.
Slechts zwakke garnizoenen lagen in Barcelona en Tarragona; in
Tortosa daarentegen acht bataljons 2). Onder deze waren drie
Hollandse, n.l. die van St. Amand, Friesheim en Leefdael (het
St. Amand aan Heinsius, Barcelona 13 April, 3 Mei 1708 (Heins. arch. 1328). Guido van Star
hemberg werd geboren te Graz in 16^7. Hij diende in 1683 onder zijn oom Rüdiger van Starhem
berg, de beroemde verdediger van Wenen. Verder nam hij met grote onderscheiding deel aan de
krijg tegen de Turken, in 1702 en 1703 aan de oorlog tegen Frankrijk in Noord-Italië, en streed
vervolgens tegen de Hongaren, totdat bij in het begin van 1708 met het bevel in Catalonië werd
belast. Zijn komst bezielde hoog en laag met nieuwe moed, en maakte een eind aan de eeuwige
twisten en naijver tussen ministers en generaals.
2) 'Feldzüge' X-228, 229.
442