De 8e Mei zeilden Leake en Wassenaer de Taag uit. De 26e kwam de vloot te Barcelona, waar de Engelse regimenten werden ontscheept, nadat zij gelijk reeds boven werd verhaald, enkele dagen tevoren de grote transportvloot van tartanen had buit gemaakt en verjaagd. Na gehouden krijgsraad zeilde zij de 30e naar Vadi, met uit zondering van enige schepen, die op de kust van Catalonië bleven kruisen. Hoewel zij reeds 10 Juni op de plaats van bestemming aankwam, kon zij niet voor 1 Juli het verwachte tweede echelon troepen (6000 man voetvolk en 2300 paarden) en tevens de bruid van Karel iii aan boord nemen, die omstreeks 20 Juli resp. te Barcelona en te Mataro aan land gingen x) De thans opnieuw gehouden beraadslagingen leidden tot het besluit, een poging te doen om Sardinië te veroveren. Het eiland stond bekend als vruchtbaar, bezat veel paarden en kon rijke oogsten van graan, wijn en olie voortbrengen, indien, zo zegt de Europische Mercurius, de landaard wat meer laboreus en wat minder lui was. In allen gevalle zou het bezit ervan voor de strijdkrachten in Cata lonië, die thans nog slechts op een beperkt verplegingsgebied waren aangewezen, een grote aanwinst zijn. In de aan de Zuidkust gelegen hoofdstad Cagliari zetelde de Spaanse onderkoning met een garnizoen van om en bij de 800 man. Andere geregelde troepen waren er nagenoeg niet op het eiland. Enige duizenden in een landmilitie georganiseerde boeren zouden als guerillastrijders van waarde zijn geweest, wanneer het hun niet om het even was geweest welke partij de te Cagliari tronende onderkoning was toegedaan. Met achterlating van Britse en 3 Staatse schepen zeilde de ver enigde vloot in de eerste week van Augustus derwaarts; de 12e ankerde zij voor Cagliari. Het Nederlandse contingent moet uit ongeveer 9 linieschepen en enige kleinere hebben bestaan, hoewel de meeste schrijvers van een Nederlands aandeel aan de expeditie in 't geheel geen melding maken. Het verhaal der verovering kan kort zijn. Toen de opeising ontwijkend werd beantwoord, landde des nachts een voornamelijk uit Spaanse infanterie en Britse mari niers bestaande troepenmacht nabij de stad, en tevens openden de Britse en Nederlandse bombardeergaljoten een krachtdadig vuur met bommen en karkassen. Deze niet alledaagse gebeurtenis ver oorzaakte een volslagen oproer. De bevolking maakte zich van een poort meester en liet het gelande krijgsvolk binnen, waarna er voor 4^6 De Jonge, Zeewezen IV, p. 18-24. Over de vice-admiraal Johan Gerrit, Bon van Wassenaer, hr. van Rozenburg: De Jonge 13-15". Hij was een broeder van Arend van Wassenaer, hr. van Duiven voorde, van wie belangrijke brieven aan Portland bewaard zijn gebleven: R. G. P. Kleine serie 24.

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

NIMH | 1959 | | pagina 490