du Bourg overnam. Op 16 Juli arriveerde hij te Zabern, en be
schikte toen, met inmiddels aangekomen versterkingen, over 42
bataljons en 69 eskadrons.
Van de bataljons vinden wij echter vermeld, dat zij niet meer dan
3 a 400 man sterk waren. Niettemin zou men uit de genoemde aan
tallen moeten opmaken, dat hij ten opzichte van de keurvorst van
Hannover een beduidende overmacht moest bezitten. Van geen
van beide kanten hadden echter krijgsverrichtingen van ook maar
enige betekenis plaats.
Wel vinden wij van Franse zijde medegedeeld, dat de troepen
ten zeerste vermoeid werden door de vele marsen en tegenmarsen,
en dat de ruiterij zwaar te kampen had met gebrek aan fourage.
Blijkbaar waren de tegenstanders, wat magazijnen, treinwezen en
verdere benodigdheden aangaat, geen van beiden voor operatiën in
enigszins grote stijl naar behoren toegerust.
Ook het Italiaanse oorlogstoneel was dit jaar geen getuige van
belangrijke slagen of beslissingen. Aan het Alpenfront voerde
Villars, met Medavi als onderbevelhebber, het commando. Hij
moet een ogenschijnlijk niet geringe macht onder zijn bevelen
hebben gehad, n.l. 82 bataljons en 35 eskadrons, doch, behalve dat
de sterkte der onderdelen denkelijk veel te wensen zal hebben
overgelaten, waren zij over een reeks van posten tussen de zee en
de Noordelijkste passen van Savoye verdeeld.
De hertog van Savoye, Victor Amadeus ii, wiens leger ongeveer
40 000 man sterk geweest moet zijn, begon half Juli met een deel
ervan, n.l. 36 bataljons en enige afgezeten ruiterij, een offensief in
de richting van de Mont Cenis en van de passen van de Grote en
Kleine St. Bernhard.
Als enig resultaat viel te boeken het innemen van een tweetal
kleine steden in de Alpendalen, t.w. op 12 Augustus Exilles, en de
31e der zelfde maand Fenestrella.
In het laatst van September gaat daarop het Savooise leger terug
naar Piémont, en in de loop van October zoeken beide partijen de
winterkwartieren op.
Ook elders in Italië smeulde dit jaar het oorlogsvuur, echter
zonder dat het tot een uitslaande brand kwam. In het voorjaar reeds
kwam het tot min of meer openlijke vijandelijkheden tussen de Paus
en keizer Jozef i.
Clemens xi was steeds Fransgezind geweest. Hij weigerde Karel
van Habsburg als koning van Spanje te erkennen, en protesteerde
tegen de koningstitel van Frederik i van Pruisen. Van meer
belang echter was, dat de Paus, met steun van Frankrijk, bemoeiin-
461