Eindelijk liet de hertog zich met gedeeltelijke betaling tevreden
stellen x).
Afgezien van de augmentatie dienden de tijdens de langdurige
veldtocht geleden zware verliezen door recrutering te worden aan
gevuld. Het blijkt niet, dat dit grote moeilijkheden heeft opge
leverd. Wat de Engelse troepen aangaat bleek in dit opzicht de
strenge winter een voordeel. Ook in Frankrijk waren honger en
koude in hoge mate bevorderlijk voor de toeloop van vrijwilligers,
zodat men zelfs daar, afgezien van de financiële bezwaren, geen
moeite had met de recrutering der korpsen.
Belangrijke uitgaven hadden de Staten nog te bestrijden wegens
het vervangen der uitgeschoten en gesprongen geweren en andere
wapenen, alsmede tot het vervangen van pieken door geweren en
bajonetten, welk proces nog steeds niet geheel was voleindigd (wij
zagen dat de laatste order, welke Ouwerkerk als veldmaarschalk
tekende, hierop betrekking had 2).
Overigens veroorzaakte de strenge winter ook aan de zijde der
bondgenoten de nodige overlast, in het bijzonder wat de voor
ziening der magazijnen aangaat, die ten gevolge van het langdurig
te velde blijven der troepen meer dan ooit waren uitgeput. Zowel
transportmoeilijkheden wegens de vorst als de duurte der granen
deden zich hierbij gevoelen, hoewel men lang niet met de gelijke
moeilijkheden te kampen had als in Frankrijk. Zo moest Rijssel ten
gevolge van de vorst zo goed mogelijk over land worden geappro
viandeerd, vooral nadat hier wegens de duurte onlusten onder de
troepen waren voorgevallen, waarbij een of meer huizen waren ge
plunderd. De toestand scheen critiek te zullen worden, toen de
Staten bericht ontvingen, dat de magistraat van Danzig voornemens
was, de graanpakhuizen aldaar te sluiten, omdat men zelfs in de
Oostzeelanden voor de gevolgen van de abnormale winter vreesde,
doch blijkbaar is aan dit bedenkelijk voornemen geen gevolg ge
geven 3).
De algemene bevordering der generaals kwam reeds ter sprake,
en evenzo dat de promoties werden teruggedateerd op i Januari.
De aandacht verdient hierbij de mededeling van Lamberty, dat zij
geschiedde op raad van Marlborough. Deze stelde de Staten in het
473
Over de Staatse krijgstoerustingen: Lamberty V, 323-330; Moeilijkheden met Pruisen: 324-
326; id Coxe II, 617-624 (uitg. 1818); met de Palts: Lamberty 327-'28; met Wurtemberg: 328-
329; met de Zwitsers: 330. De verschillende conventies in Band I, Bijl. 4, p. 683.
2) De strenge winter en armoede bevorderlijk voor de recrutering: Murray IV-397Sautai p. 14;
ook in SpanjeDe Vooght van Rynevelt I-150. Pieken vervangen door bajonettenLamberty V-330.
3) Voorziening der magazijnen: Lamberty V-331; Murray IV-508; Goslinga aan Heinsius, 3, 11
Juli 1709 (Heins. arch. 1402).