De 27e Juli om 8 uur des avonds zet Schulenburg de uiteinde lijke bestorming in. De weerstand was hier veel minder krachtig dan aan de poort van Valenciennes. Het bastion Blandinoise werd genomen na lichte tegenstand, en evenzo het linker halve bastion van de Zeven Fonteinen. 'Le peu de troupes qui devoient le deffen- dre se retirerent précipitemment de eet ouvrage dans la demi-lune qui couvre la porte du corps de la place' aldus het Franse dagboek. 'Mr. de Surville et Mr. Dolet qui y avoient marches trouvèrent Mr. de St. Pierre mécontent de cette action oü la fermeté auroit été convenable' x). De actie had 3/4 uur geduurd; het verlies der belegeraars wordt op ten hoogste 400 man geraamd. De volgende morgen werd in een krachtige tegenaanval aan vankelijk het reduit hernomen, doch de strijd eindigde er mee dat de belegerden in grote wanorde in de stad werden teruggedreven. Surville achtte thans de tijd gekomen om een krijgsraad bijeen te roepen. Na ampele beschouwing van de toestand kwam men een stemmig tot de slotsom, dat de hoofdwal op alle drie de attaques onhoudbaar was, en dat het beter was, de resterende troepen te sparen voor de verdediging van de citadel dan ze op te offeren in een finale bestorming. Des avonds 7 uur laat de gouverneur de chamade slaan en op alle drie attaques een witte vlag plaatsen. De 29e Juli werd de capitulatie getekend door Eugenius en Marlborough ener- en Surville anderzijds. Volgens de artikelen zou de 30e een poort worden inge ruimd, en de 31e het garnizoen in de citadel trekken, met uit zondering van de zieken en gewonden; deze zouden naar Douai of Valenciennes worden vervoerd of, voor zover niet transportabel, in de stad achterblijven. Van de militairen van beide categorieën zou naam en rang worden opgenomen, en zij zouden het lot delen van de verdedigers der citadel. Vergeefs hadden de Franse onder handelaars getracht, uittocht voor de invaliden en dragonders te ver krijgen de tegenpartij doorzag de bedoeling, n.l. mondkost te sparen. In de eerste dagen van Augustus werden afzonderlijke capitulaties gesloten met het stadsbestuur, het Parlement en met de Kanselarij. De ritmeester Hop kreeg opdracht, de tijding der overgaaf aan de Staten over te brengen 2). 496 x) Schulenburg I-393 Journal p. 20-23. Feldzüge XI, SuppR 199/200. Vegelin v. Claerbergen a. d. R.v.St. 28 Juli (R.v.St. 682). 2) De capitulaties bij Lamberty V, 336-3 55; id. Eur. Merc. 38-42, 144-160. Bij de capitulatie met de stad rezen moeilijkheden óver de artikelen I t/m VI, welke op de uitsluitende uitoefening van de Rooms-katholieke godsdienst betrekking hadden. Een der redenen was, dat in de omgeving der stad nog vrij veel protestanten woonden. (Zie G. M. Slothouwer in de Gids 1887, Dl II); Lamberty V-340; Journal p. 22-25'.

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

NIMH | 1959 | | pagina 530