om door vernietiging van het Franse leger tot de vrede te geraken.
Deze prikkel schijnt ontbroken te hebben bij de veldheren, van wie
Goslinga i2 October) aan de raadpensionaris schrijft: 'ni lui
(d.i. Marlborough) ni le Prince, crojes moi, ne cherchent pas
la paix
Hierop wijst ook het gesprek dat ongeveer een maand na de slag
tussen Marlborough en Schulenburg voorviel, en dat deze in
zijn mémoires meedeelt. Marlborough zei namelijk, half gek
scherend, dat de Fransen eigenlijk behoorden te zorgen, dat de
oorlog nog wat langer duurde, 'car ces Messieurs, en montrant sur
les Deputes, ne méritent pas mieux;' 'c'est pour cela, lui dis-je' -
antwoordt Schulenburg - 'que l'on a aussi laissé échapper les
Franqais a la retraite de Tannières; je comprenais parfaitement bien
votre intention Mylord, et vous aurez vu et remarqué qu'a la fin de
Faction les manoeuvres que je fis faire a l'aile droite, se trouvèrent
trés conformes aux souhaits des deux chefs; il m'embrassa en riant
de bon coeur, et dit a Maffei et a moi, avouez que les Franqais ont
été heureux ce jour-la x).
De tijding der overwinning werd in Den Haag gebracht door
Vleertman, die reeds tussen drie en vier uur en Grovestins,
die des avonds 11 uur uit het leger was vertrokken. Hun verslagen
vindt men in de Europische Mercurius. Het kon echter moeilijk
anders of de aanvankelijk gewekte geestdrift werd al spoedig ge
temperd toen bij nader inzien bleek, dat de zege weinig beslissend
was geweest en bijzonderheden bekend werden omtrent de ont
zettende verliezen der Hollandse infanterie. Wel hadden de bond
genoten, naar wij vermeld vinden 24 vaandels, 26 standaarden,
4 paar keteltrommen en 16 stukken geschut buit gemaakt, maar ook
de Fransen hadden een aantal zegetekenen veroverd 2).
De totale verliezen der bondgenoten kunnen volgens een in de
mémoires van Schulenburg voorkomende vrij nauwkeurige staat
gesteld worden op 20 600 man, waarvan 18 100 man voetvolk en
i£oo beredenen. Hiervan komen op de infanterie van Marl
borough 12 700 man, n.l. de Hollandse infanterie tussen de 84-
en 85-00 (2380 doden en 6080 gewonden), de Engelse 1600 a 1700,
de Hannoveranen 1400, de Pruisen 1100 a 1200. De infanterie van
Eugenius verloor 3400 man, waarvan 1600 op rekening komen
van de 11 op Staatse soldij staande vreemde troepen.
Van de ruiterij komt verreweg het grootste verlies op rekening
541
Schulenburg, p. 443.
2) Eur. Mere. 291. Volgens Franse officiële opgaven (Sautai 138) 13 vaandels, 16 standaarden en 3
keteltrommen.