hun toestemming, onder beding dat de besprekingen uitsluitend zouden lopen over art. 37, en de overige punten van de praelimi- nairen. Als plaats der bijeenkomsten werd Geertruidenberg ge kozen; het ging toch slechts om voorbesprekingen tot een later te houden algemene conferentie, en Den Haag vermeed men uit vrees voor Franse intrigues. De 8e Maart hadden de eerste be sprekingen plaats tussen de markies d'Huxelles en de abbé Po- lignac ener-, Buys en van der Dussen anderzijds. Townshend en Sinzendorf hielden vanuit Den Haag een wakend oog op het verhandelde, in voortdurend contact met Heinsius, en uit de aard der zaak ook met Marlborough, zolang deze in Den Haag ver toefde, d.i. van 7 Maart tot zijn vertrek naar het leger op 11 April. Van de aanvang af liepen de besprekingen stroef. Allerlei voor stellen en 'oplossingen' (waarbij, in strijd met de opzet, ook andere artikelen van de praeliminairen in het geding werden ge bracht) werden ter tafel gebracht en verworpen. Het Hollandse plan tot schadeloosstelling in Italië stuitte op hevige tegenstand van Engeland en vooral van de Keizer, verklaard vijand van al wat naar een deling der Spaanse monarchie zweemde. Een afzonderlijke vrede met Frankrijk, gevolgd door gezamenlijk optreden tegen Philips wat, als men deze Spanje nu eenmaal niet wilde laten, de beste oplossing zou zijn geweest, wilde de Republiek niet, en stuitte ook op bezwaren van Engelse zijde waar men bang was, de kastanjes uit het vuur te moeten halen. Frankrijk was veel minder toeschietelijk dan het vorig jaar. Men hoopte op onenigheid tussen de geallieerden, en speurde komende veranderingen in Engeland. Weldra bleek dat de Franse afgezanten slechts tot taak hadden, de besprekingen te rekken. Het bestek van ons werk laat niet toe, het schier eindeloos heen- en weergepraat en -geschrijf in al zijn phases te volgen; ge noeg zij het, te vermelden dat de conferenties zich tot eind Juli voortsleepten; zij leidden ten slotte tot weinig meer dan verwijten, en de 26e dier maand namen de Franse heren in bittere stemming hun afscheid. De hoge toon, welke Buys en van der Dussen hadden gevoerd, (hoewel zij feitelijk slechts als spreekbuizen van de drie verbonden regeringen optraden), wekte de indruk alsof de Hollanders de eigenlijke drijvers tot de oorlog waren; ingewijden echter wisten beter. Voor de Republiek waren de conferenties van Geertruiden berg de laatste kans om zich als bemiddelaars te doen gel den. Lodewijk xiv was eindelijk tot de overtuiging gekomen, dat hij, om tot vrede te geraken, elders dan bij de Staten moest aanknopen. Overigens achtte de koning het beter, voorlopig 577

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

NIMH | 1959 | | pagina 615