Hendrik toe. Aanleiding tot al deze eisen was mede het geheime, in October van het vorig jaar gesloten Barrièretractaat, waarvan de Staten en de Britse regering het bestaan logenden, niet wetende dat Schmettau een exemplaar had weten te bemachtigen. Niet ten onrechte zegt Lamberty, waar hij deze zaken verhaalt: 'Mais il est difficile dans cette République-la de conserver longtems un secret'. Gelukkig echter ontvingen de Staten na enige tijd bericht dat de koning, zoals tot nog toe steeds, zijn 'générosité' over zijn aan spraken liet zegevieren, zodat de Pruisen op de bestaande voet in de Nederlanden zouden dienen Een ander punt van zorg was nog steeds de onzekerheid omtrent de gedragingen van Karel xii. Van de afwezigheid van de Zweedse koning, die zich thans als vluchteling op Turks grondgebied bevond, maakten Denemarken, Frederik Augustus van Saksen en Rusland gebruik om de vijandelijkheden te hervatten. Er ontstond derhalve grote kans dat de Zweedse bezittingen in Duitsland, en dienten gevolge ook Pruisen en Hannover in de strijd zouden worden betrokken, een gevaar dat sinds het begin van de oorlog had ge dreigd, doch tot nog toe steeds bezworen was. Slechts aan een eensgezind en krachtig optreden van de zeemogendheden en de Keizer was te danken, dat de rust ook nu voorlopig werd hersteld. De 31e Maart sloten de vertegenwoordigers dier mogendheden te Den Haag een conventie, waarbij het Rijk neutraal werd verklaard. Tot betere handhaving dier neutraliteit verklaarden zij zich bereid, een Zweeds korps, dat onder de generaal Crassau in Pommeren stond, in hun dienst over te nemen. Hoewel hiervan niet is ge komen, werd toch in de loop van het jaar een zeker quantum troepen, uit contingenten der drie mogendheden bestaande, gereed gehouden om zo nodig tegen een schending der neutraliteit op te treden. Het Staatse aandeel werd later bepaald op 6 bataljons, waar over de luit.-generaal Ammama het bevel zou voeren. Het korps heeft gelukkig niet behoeven op te treden, hoewel de toestand het gehele jaar door dreigend en vol verwikkelingen bleef2). Intussen rustten de Staten zich met krachtige maatregelen toe tot de strijd, die naar zij hoopten, eindelijk de beslissing zou brengen. Al lereerst dienden de in de afgelopen veldtocht geleden zware verliezen door recrutering te worden aangevuld. Een lening van een millioen gulden werd gesloten om te voorzien in de recruutgelden. De kapiteins kregen order, hun compagnieën tegen 25 Maart voltallig te hebben. ü«3 Lamberty VI-89, 90. 2) Lamberty VI-292 vlg., 316; V. 't Hoff nrs. 768, 822, 831Over het neutraliteitscorpsFeldzüge XII, 106-111.

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

NIMH | 1959 | | pagina 621