vijand de stad slechts op twee wijzen naderen: uit Oostelijke rich ting, nabij Bouchain of Valenciennes de Schelde te zijn overgegaan, of wel over Arras en door de vlakte van Lens. In beide gevallen gold het voor de geallieerden, een positie in te nemen, waarin zij de vijand met vertrouwen konden afwachten. Dat hij tot de aanval op een dergelijke stelling zou overgaan was niet waarschijnlijkalle be richten toch luidden in deze zin, dat Villars door samentrekking van alle troepen, die elders ook maar enigszins gemist konden wor den, een zo sterk mogelijk veldleger bijeen zou brengen, doch het risico van een slag zou vermijden. Dat de bondgenoten hunnerzijds tot de aanval zouden overgaan, was in beginsel evenmin te verwach ten. Bij Eugenius althans gold als vaste stelregel'wann man mit einer Belagering engagiret ist, dass man alle andere impegni evitiren, sich aber darbey allezeith an solche Orth und Endt postiren sollte, wo man den Feind erwarten könnte und sich nit selbst in Was einlasse, ausser es thate sich etwan ein guter Vortheil oder Gelegen- heit solchergestalten ereignen, dass man einen glücklichen Ausschlag verhoffen khönte'1). De reden ligt voor de hand: slag leveren moet men slechts doen met concentratie van alle krachten, wat niet mogelijk is zolang men strijdkrachten voor een beleg moet reser veren. In het onderhavige geval kwam er nog bij, dat de verbindin gen met Rijssel en Doornik moesten worden beveiligd, en het leger nog niet geheel voltallig was enige Paltsische en Hessische troepen, en naar het schijnt ook de Pruisische recruten, waren nog onder weg 2). De door de geallieerden te volgen gedragslijn vindt men met grote waarschijnlijkheid in een anonyme memorie, getiteld 'Con siderations au sujet du siège de Douay. Fait le 16 Mai 1710'. Zou de vijand het ontzet beproeven van de kant van Valenciennes, dan kon men hem in de circumvallatielinie afwachten. Deze kon met weinig troepen worden verdedigd, doordat de halve ruimte (tussen de Scarpe en de Molinet) door moerassig terrein werd ingenomen. De vijand hier tegemoet gaan was niet raadzaam, daar de voor waarden voor onderhoud en fourage hier zeer ongunstig waren, en men dus na zekere tijd voor de keus zou staan, de vijand tegen wil en dank in een sterke positie aan te vallen of wel in de circumvallatie terug te trekken, tot schade voor de reputatie van de bondgenoten. Meer waarschijnlijk was een vijandelijke opmars in de vlakte van Lens. In dit geval zou men een voorwaartse stelling innemen tussen Hennin-Lietard en Vitry, die de gehele ruimte tussen het Deule- Feldzüge XII, Suppl4 p. 257. 2) Murray V-22. 610

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

NIMH | 1959 | | pagina 650