Met dat al was de 23e ook bij de rechter attaque alles gereed voor
de storm. De twee ravelijnen en de hoofdwal lagen over een aanzien
lijke breedte in bres, en vóór elk der ravelijnen waren drie galerijen
voltooid. Of het einde van de weerstand spoedig was te verwachten
was evenwel nog een open vraag. Besloot de vijand, in de lijn van de
tot nog toe zo hardnekkige verdediging, een storm op de hoofdwal
af te wachten, dan kon het overtrekken van de 'capitale gracht' nog
veel moeite en tijd kosten. Ook bestond de kans dat hij zich in het
fort aan de Scarpe zou terugtrekken: ook hier kon hij de strijd nog
geruime tijd voortzetten. Voorspellingen waren dus nog gewaagd.
Drie uur des morgens van de 24e Juni begon de aanval. De beide
ravelijnen bleken slechts zwak bezet. Aangezien de verbindingen
met de hoofdwal vernield waren zodat vandaar geen ondersteuning
kon worden gegeven, had de verdediger in het ravelijn 27 slechts
één- en in het ravelijn 28 twee compagnieën grenadiers achterge
laten. Zonder al te veel tegenstand drongen dus de aanvallers in beide
werken binnen; ook de retranchementen werden, geheel anders
dan bij de linker attaque, niet verdedigd. De grenadiers redden zich
uit het eerstgenoemd ravelijn over de sluis van de Bréelle in de
naburige bedekte weg; uit het ravelijn 28 in het stenen reduit 72.
De bestormers drongen te gelijk met de grenadiers over de brug
in dit reduit binnen, doch werden er enige tijd later door een tegen
aanval uit verdreven. Zij bepaalden zich verder tot het maken van
logementen in de veroverde werken, en waren hiermee om ongeveer
6 uur gereed. Voor een naspel zorgden twee Franse grenadiers, die
zwemmende de gracht naar het ravelijn 27 overstaken, en onder dit
werk twee mijnen tot ontploffing brachten, die hun uitwerking niet
misten. De verdedigers verloren, volgens het dagverhaal van Allard,
op z'n minst 200 man aan doden en gewonden. Over het verlies
der aanvallers zwijgen de meeste bronnen; alleen het Oostenrijkse
stafwerk noemt een aantal, n.l. 81^ man. Nog meer dus dan bij de
bestorming van de 19e, waar de bondgenoten ook reeds een hoge
prijs hadden moeten betalen. De oorzaak moet wederom worden
gezocht in opeenhoping van volk in de ravelijnen tijdens het ver
vaardigen der logementen onder een uren aanhoudend, overstelpend
vuur van de hoofdwal1).
Aan de linker attaque was men intussen reeds begonnen met het
vullen van de 'capitale gracht'bij de rechter maakte men thans
aanstalten, dit voorbeeld de volgende nacht te volgen. Het was nog
een geluk voor de geallieerden dat Albergotti thans de tijd ge-
624
Verbaal ged. 24 Juni; Des Rocques aan Heinsius 24 Juni I.e.; Feldzüge XII-179; Allard p.
£l8-£20.