Des avonds n uur van de 22e deed de bezetting met 7 com pagnieën grenadiers en $o a 70 arbeiders een 'vigoureuse' uitval uit de bedekte weg bij de contregarde, met het oogmerk, de loop graaf die de vorige nacht aan deze zijde was begonnen, te slechten en in ieder geval het werk te vertragen. De Fransen slaagden hierin redelijk: de werkers werden 'wat in confusie gebracht', schans korven omvergegooid en een deel van de in gang zijnde loopgraaf geslecht. De generaal Berner, die die nacht op wacht was, herstelde de orde, en de vijand moest, zoals steeds, retireren x) De uitval bracht geen verandering in de voortvarendheid waarmee de werken werden voortgezet. De beschadigde werken werden hersteld en geperfecteert en reeds de volgende nacht uitgebreid tot een logement aan de gracht tegenover de saillant van de contre garde. De 24e om vijf uur des namiddags had hier alweer een uitval plaats, thans met vijf compagnieën grenadiers onder de kolonel Berenger, om het logement te vernielen. Met planken staken de aanvallers de voorgracht over. De arbeiders werden 'gesurpreneert', maar de op wacht zijnde generaal-majoor Hamilton liet enige pelotons aanrukken die de vijand met veel overhaasting deden terug trekken. De kolonel Berenger, die dapper aan het hoofd zijner grenadiers had gechargeerd, sneuvelde, met nog een kapitein. Aan de zijde der geallieerden sneuvelde een vaandrig en werden nog een 30 man gedood of gewond. Ook de beide adjudanten van Hamilton waren gewond. Een half uur na de uitval ontstak een bom der be legeraars een buskruitmagazijn in de contrescarp, waardoor, naar bericht wordt, 'verscheyde menschen en palissaden zijn opgevlogen'. Des nachts wilden de geallieerden het logement verder uitbrei den, maar de belegerden verlichtten het terrein de gehele nacht door met pekkransen en lichtkogels, zodat slechts weinig schans korven geplaatst konden worden. Intussen werd nog een tweede batterij gebouwd voor het vuur op de contregarde; ook de mortieren en houwitsers hadden intussen hun vuur geopend en ter linkerzijde was men reeds bezig aan de afdalingen naar de voorgracht. Ondanks de, de zwakke bezetting in aanmerking genomen, zeer krachtige tegenactie legden de belegeraars in de nacht van de 2^e op de 26e drie bruggen over de voorgracht; twee bij de uitsprin gende hoeken van de contrescarp, de derde bij de contregarde. De laatste kon pas een nacht later worden voltooidbij de meest linkse 666 id a. St.Gl. 2£ September. Men had verzuimd, schildwachten uit te zetten, met het gevolg dat de meeste arbeiders werden gedood (Slothouwer 417).

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

NIMH | 1959 | | pagina 706