op de rechtervleugel minder gelegenheid, zich krachtig te doen gelden; Wood nam echter een belangrijk aandeel aan de achter volging, en, gelijk reeds verhaald, werd het Regiment du Roy het slachtoffer van de kennismaking met Hay en zijn Schotse dragonders. De strijd om het dorp Ramillies was weliswaar niet beslissend voor de afloop, maar daarom niet minder bloedig. Behalve de reeds genoemden onderscheidden zich hier de generaal-majoor Robert Murray, de kolonel hertog van Argyl, en de kolonel William Murray als aanvoerders van de Schotten, waarbij de laatste sneu velde; voorts OxenstiernHirzel en tal van anderen. Tegenover de krijgsroem, waarop zo velen konden bogen, moeten zij, die door afwezigheid hadden geschitterd, wel een weinig be nijdenswaardig figuur hebben geslagen. Voor dezen was ditmaal de slag onbehoorlijk vroeg gekomen. De Staten waren echter terecht ontsticht over dit nieuw bewijs van achteloosheid, en verlangden een opgaaf van de afwezigen. Zij werd 7 Juni door Ouwerkerk in gezonden. Behalve de generaal der infanterie Salisch, die wegens ziekte af wezig was, bevatte zij de namen van niet minder dan 2 luitenant- generaals, 4 generaal-majoors en 10 brigadiers, waaronder ver scheidene anders zeer verdienstelijke officieren1). Van Tacitus moet reeds het gezegde afkomstig zijn: 'Bij een over winning heeft ieder deel aan de eerdoch in geval van een neder laag is één de zondebok'. Voor dit laatste kwam in dit geval Ville- roy in aanmerking. Wat de hoofdoorzaak van de nederlaag betreft, is hij zeer zeker niet van schuld vrij te pleiten. Wij zagen reeds, dat zij bestond in een onjuiste verdeling der strijdkrachten in de stelling, met name het posteren van een veel te sterke cavalerie op een ge deelte, waar zij weinig kon uitrichten. Hetgeen weer verband hield met het feit, dat hij het belang van de vlakte van Ramillies als de vermoedelijke plaats der beslissing niet inzag, en zich daar ook niet heeft opgehouden. Ook Marlborough plaatste aanvankelijk een te sterke cavalerie op de rechter- en een te zwakke op de linker vleugel hoewel hij door ter plaatse bekende officieren omtrent de geringe vooruitzichten, om op eerstgenoemde vleugel resultaten te bereiken was ingelicht. Hij heeft echter in allen gevalle tijdens de slag de juiste conclusie uit de toestand getrokken en hiernaar ge handeld, wat Villeroy heeft nagelaten. Een gegronde aanmerking mag ook de te zwakke bezetting van de positie van Taviers genoemd worden. Het ongelukkig verloop van x) De lijst in St.Gl. 5012.

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

NIMH | 1959 | | pagina 76