en betuigden hun vreugde over de 'grote en schielijke revolutie'die hun wettige vorst in zijn rechten had hersteld1). Blijkbaar was de meerderheid van het volk blij, van de Fransen ontslagen te zijn. De 30e Mei werd het kamp te Grimbergen opgebroken en bereik te het leger na een opmerkelijk lange mars het reeds ontruimde Aalst. De volgende dag werd de tocht voortgezet naar de Schelde ten Zuiden van Gent. De hertog van Wurtemberg werd met dui zend paarden en 2000 grenadiers vooruitgezonden om, met behulp van meegevoerd pontonmaterieel, een brug te slaan bij Gavre, iets Zuidelijk van de Franse rechtervleugel, waar men wist dat een ge schikt overgangspunt was. Villeroy had aanvankelijk enige hoop, dat hij achter de Schelde zou kunnen stand houden, of liever, dat hij hier niet zou worden aangevallen. Door het opstoppen van de rivier te Gent werd een begin gemaakt met het onder water zetten van de oevers; hij hoopte, haar op deze wijze tot Oudenaarde onpasseer- baar te kunnen maken. Bij Gavre, waar heuvels de rechteroever naderden, werd een detachement geposteerd met opdracht, aldaar versterkingen op te werpen. GacÉ, die, gelijk wij zagen, over 10 bataljons in de linies van Ant werpen en het land van Waes het bevel voerde, had deze troepen intussen verzameld, er twee bataljons van in Dendermonde gezon den, en met de overige bij Zele post gevat, de schijn aannemende van de Schelde-overgang ernstig te zullen betwisten. In Antwerpen bleven Franse bataljons, terwijl 6 Spaanse het garnizoen van de citadel vormden. La Mothe sloot zich met de vijf bataljons, waar mee hij tot nog toe de streek van Brugge had bewaakt, bij de hoofd macht aan. Drie bataljons werden naar Oudenaarde gezonden, en maatregelen genomen om Doornik, Condé en Valenciennes door inundatie te dekken. Met smart werd de komst verwacht van Marsin, die met 18 ba taljons en 11 eskadrons van de Moezel onderweg was. Deze was de i£c te St. Flubert aangekomen. Op aanwijzing van Villeroy mar cheerde hij niet over Namen, dat thans, met 1 2 bataljons, voldoende van troepen was voorzien, maar naar Bergen, dat hij over Charle- mont, Philippeville, Beaumont en Maubeuge de 31e bereikte. Na de stad van krijgsvoorraad voorzien te hebben en in Ath en Charle roi elk twee bataljons te hebben geworpen, kampeerde hij met de resterende troepen te Cuesmes, in afwachting van nadere orders. Zijn taak was er voorlopig meer op gericht, Bergen en de andere vestingen, welke het Franse grondgebied ten Oosten van de Schelde 59 Europ. Merc. p. 307.

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

NIMH | 1959 | | pagina 83