Vak Wons De Commandant van dit Vak was zeer actief. In de avond van 10 Mei nam hij contact op met het H.K.-Stg.Hd.3) en verzocht hij om toezending van springstof voor het uitvoeren van vernielingen en van landmijnen. Voorts stelde hij zich gedurende de nacht in verbinding met de burge meesters van omliggende plaatsen, teneinde de toegangswegen naar de stelling te doen vernielen en gaf daarbij de nodige aanwijzingen. Van de territoriale troepen had hij zelf aangehouden de sectie zw.mitr. van 9 Dep.Bat. (bewaking telefoonkantoren). Hiervan werd een stuk ingedeeld bij de 4e Sectie zw.mitr. bij Hajum, terwijl de beide andere werden opgesteld voor vuur tegen luchtdoelen. Voorts kreeg hij ingedeeld 1-12 G.B. (min een sectie), welke compagnie als reserve meer achterwaarts werd opgesteld en een sectie zw.mitr. van 12 G.B. (afkomstig uit Bellingwolde), die te Wons in stelling kwam. In de nacht van 10 op 11 Mei werden verschillende nodig geachte verplaatsingen van onderdelen uitgevoerd in verband met het niet gereed zijn van hindernissen. 60 volgende Zondagmorgen (12 Mei) is het, zo ongeveer tussen 8.00 en 11.30 druk geweest op boven genoemde weg met vrachtauto's en andere motorvoertuigen naar het kruispunt van die weg met de betonwegIk heb die tijd hoofdzakelijk aan de telefoon gezeten en alles in bijzonderheden kunnen melden aan de bataljonscommandant. Na aankomst aan het kruispunt, waar de Duitsers probeerden de versperringen op te ruimen, heb ik vuur van zware mitrailleurs aangevraagd op dat punt, hetwelk is afgegeven door de zware mitrailleur bij betonweg Hajum. Ook heb ik er vuur op kunnen afgeven gezamenlijk met een vaandrig, die met zijn stuk pantserafweergeschut ook daar stond opgesteld, en waarvan ik het vuur telkens corrigeerde. De Duitsers zochten dekking in een boerderij bij het kruispunt. Later stuurden ze een groep van een man of zes de betonweg op richting Afsluitdijk. Na vuuropening moesten ook deze zich dekken, ze trokken later terug. Ik schat, dat het ongeveer goed elf uur was, toen daarna alle Duitsers terugtrokken naar Pingjum. Daarna volgde om goed 12.00 de aan val, welke begon met de beschieting met granaten. Kazemat 3 werd direct en later meerdere malen getroffen 2). Bijna tegelijkertijd kwamen de Duitsers naar voren van Pingjum uit langs de weg naar onze kazematten. Ze namen direct kazemat 4, waar ze gewoon achter langs kwamen lopen en namen de bezetting gevangen. Door ongelukkige treffers werd de mitrailleur uit kaze mat 3, welke inmiddels het vuur had geopend, buiten werking gesteld en de groepscommandant gewond; er werd besloten zich over te geven. Ook kazemat 2 ging daardoor voor ons verloren. Daar ook kazemat 1 verkeerd gericht stond, verloren wij daarmede alle gelegenheid tot verdere weerstand; wij werden gevangen genomen. Te 12.30 hadden ze ons zo ongeveer. Zij zijn een tijd lang tegengehouden door de zware mitrailleur uit Hajum. Deze moet zich kranig hebben gehouden onder leiding van een sergeant-majoor. Door aanhoudende beschieting met geschut, door het gewond geraken van de sergeant-majoor en van de korporaal (opvolger), het sneuvelen van een sergeant en het onbruikbaar worden van de wapens, werd deze tegenstand vóór 15.00 door de Duitsers overwonnen. Zij verschenen nu op het kruispunt van de weg Pingjum-Wons met de betonweg. Van de kop van de Afsluitdijk werd nog gevuurd, maar dat was voor de Duitsers geen voldoende bezwaar om toch door te trekken in de richting Wons, waarvan de bezetting het nog een half uur heeft uitgehouden. Van Wons is zeer zeker op de Duitsers gevuurd; vooral de zware mitrailleurs en ook een stuk 6 veld hebben daar het grootste aandeel in gehad". 1) Rijksweg 43. 2) Het schootsveld van deze kazemat was juist in de richting der oprukkende Duitsers. 3) Het is nogal zonderling, dat deze kapitein zich rechtstreeks tot het H.K.-Stg.Hd. en niet tot zijn chef wendde. Vermoedelijk is de reden dat hij de kapitein, chef staf landmacht, herhaaldelijk in de stelling had ontmoet.

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

NIMH | 1960 | | pagina 78