In de vroege morgen van 11 Mei verscheen een kapitein van de genie uit Den Helder met twee auto's, beladen met trotyl. Deze voorraad was voldoende voor het vernielen van de trambrug bij Harkezijl en het maken van een coupure vóór de brug in de rijksweg 43. Voor vernieling van de brug zelf was de voorraad niet voldoende. In de loop van 11 Mei kwamen berichten binnen omtrent aankomst van Duitse troepen in de omliggende plaatsen. Ongeveer te 17.00 verscheen het reeds eerder vermelde detachement van 11-36 R.I. voor de stelling, dat werd beschoten, waardoor er twee gewonden vielen; het werd daarna herkend en doorgelaten. Ongeveer gelijktijdig daarmede ver schenen de eerste vijandelijke verkenners, die na door zw.mitr. te zijn beschoten, verdwenen. In de avond plaatste een luitenant van 12 C.Pn. met enig personeel ten oosten van Wons enige landmijnen op de toegangsweg. In de loop van de morgen van 12 Mei vertoonden zich bij herhaling Duitsers en toen artillerie en motorvoertuigen tussen Witmarsum en Harkezijl werden waar genomen, liet de vakcommandant daarop het vuur openen met 6 veld en met pag. uit Hajum. Toen de hiertoe per ordonnans overgebrachte bevelen niet werden op gevolgd, moest hij zich persoonlijk derwaarts begeven. Aangezien het doel uit de gevechtsopstellingen niet te zien was, deed hij een stuk pag. in het open veld opstellen. Toen de vijand omstreeks het middaguur artillerievuur opende op Hajum meende hij, dat eigen artillerie te kort schoot en hij stelde zich wederom recht streeks in verbinding met het H.K.-Stg.Hd. om tot zijn teleurstelling te vernemen, dat er geen artillerie was ingedeeld. Hij verzocht toen om steun van oorlogsschepen of van bombardementsvlieg tuigen waarop hem werd toegezegd, dat deze laatste aan de O.L.Z. zouden worden aangevraagd. Kort daarop verschenen tien tot vijftien Duitse vliegtuigen, die de stelling bij herhaling met mitrailleurvuur bestookten waardoor enige slachtoffers vielen en materiële schade werd aangericht. Zoals bij het Vak Zurich is medegedeeld, drong de vijand krachtig op in de richting van de rijksweg 43 bij Hajum. Hoewel hij van Wons uit flankerend onder vuur werd genomen moest na enige tijd de weerstand worden opgegeven. Een zware mitrailleur viel uit en een andere werd verlaten; de sectie pag. werd zo hevig met artillerievuur in de schietgaten bestookt dat het personeel de opstellingen moest verlaten en de wijk nam naar de Afsluitdijk. De sergeant-majoor, comman dant van de sectie zware mitrailleurs, trachtte nog met een stuk uit een meer achterwaarts gelegen opstelling de vijand tot staan te brengen, doch moest deze poging opgeven toen er mannen van zijn sectie sneuvelden of gewond werden en ook hij zelf door verwonding werd uitgeschakeld. Het stuk pag. dat, zoals wij vroe ger hebben gezien, door de B.C. naar voren werd gezonden toen het personeel van de uitgeschakelde sectie de Afsluitdijk bereikte, kwam niet meer in actie daar terstond bij aankomst de trekker in brand werd geschoten. Ook ten oosten van de weg Pingjum-Hajum drong de vijand op en al spoedig 61

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

NIMH | 1960 | | pagina 79