De automatische wapens en de marinekanons waren in stelling gebracht;
piketdienst benevens wacht- en patrouilledienst waren geregeld. Voor zover het
personeel niet direct dienst verrichtte werd graafwerk uitgevoerd, o.a. aan schut-
tersputten, onderkomens en alarmopstellingende zich te Breezanddijk bevindende
burgers werkten hieraan mede.
Op 12 Mei te omstreeks 8.00 nam de Detachementscommandant waar, dat een
formatie vijandelijke vliegtuigen het vuur opende op een niet waarneembaar doel
nabij het monument op de Afsluitdijk. Het detachement werd toen gealarmeerd.
Te 8.15 openden zeven vliegtuigen het vuur op het complex Breezanddijk; zij scho
ten ononderbroken gedurende twintig minuten. Tevergeefs probeerde de bezetting
zich met behulp van zware mitrailleurs te verweren. Toen de beschieting was
opgehouden lagen drie doden, waaronder twee vrouwen en twaalf gewonden,
waaronder een vrouw en een burger, terneer.
De Detachementscommandant, die het gebeurde telefonisch aan het stelling
commando meldde, kreeg bevel Breezanddijk onmiddellijk te ontruimen. Het
detachement begaf zich daarop naar Wieringerwerf, waar het werd ontbondende
troepen keerden naar hun oorspronkelijk onderdeel terug. Hierdoor werd 45
Res.Gr.C. te Den Helder weder compleet.
Zoals reeds eerder is medegedeeld, werd Breezanddijk daarna nog slechts
gedurende de nacht bewaakt door een patrouille per auto uit Den Oever.
i. HET DETACHEMENT DEN OEVER
Het detachement was op 10 Mei te 4.30 volledig gevechtsvaardig en werd in de
loop van de dag versterkt met marinegeschut.
Teneinde enige bescherming tegen luchtaanvallen te geven stationneerde
C.-Stg.Hd. op 10 Mei de torpedo-inschietboot Hr.Ms. Mercuur, bewapend met
een dubbelmitr. van 12,7 mm, te Den Oever.
Behoudens beschietingen door vliegtuigen en het afwerpen van bommen in de
nabijheid deden zich bij het detachement zelf geen bijzonderheden voor. Uiteraard
was men getuige van het doortrekken van burgerij uit de noordelijke provinciën,
van de troepen van de T.B.F. en van de bezetting van de Wonsstelling.
Zoals reeds onder a en b werd medegedeeld werd op 12 Mei het dorp Den
Oever en omgeving door een bataljon van de troepen uit de noordelijke provin
ciën bezet, terwijl in de nacht van 12 op 13 Mei enige luchtdoelbestrijdingsmid
delen naar de omgeving van Den Oever werden verplaatst. In verband hiermede
keerde Hr.Ms. Mercuur op 13 Mei naar Den Helder terug.
Op 12 Mei werd door pioniers van 12 C.Pn. de vernieling van de brug bij Den
Oever en van de bewegingsinrichting van de schutsluizen voorbereid.
Op 14 Mei werd ook de haveningang versperd doch, zoals uit Hoofdstuk VI
zal blijken, is Hr.Ms. Gruno er toch nog in geslaagd zich met veel moeite en overleg
door de versperring naar buiten te begeven.
69