hulp, doch de sectiecommandant was niet in staat die te geven. De groep werd
spoedig omsingeld en gevangen genomen door de ongeveer 200 Duitsers, die met
de vliegtuigen waren vervoerd. Deze drongen ter weerszijden van de Wassenaarse
Slag in oostelijke richting op.
De Nederlandse sectiecommandant, die enig personeel had weten te verzamelen,
rukte eerst tegen de vijand op doch moest spoedig terugtrekken naar de vlakte bij
het meer oostelijk gelegen hotel Duinoord, waar hij opnieuw stelling nam; enkele
van zijn mannen vloeiden terug op Wassenaar. De Duitsers verdwenen echter in de
duinen en lieten de Nederlandse troep ongemoeid.
Deze kreeg te ongeveer 15.00 opdracht van C.-l R.H.M. te Wassenaar, zich te
voegen bij het Mitrailleureskadron van het regiment, dat zich te Rijksdorp (oostelijk
einde van de Wassenaarse Slag) bevond.
Het gros van 1 R.H.M. bevond zich op dat tijdstip te Wassenaar, waarheen het
Mitrailleureskadron te 16.00 eveneens werd verplaatst.
Te Wassenaar was eveneens het kort vóór de oorlog uit Soesterberg verplaatste
Luchtvaartbedrijf ondergebracht en het detachement Wassenaarse Slag kreeg
opdracht, in samenwerking met het Mitrailleureskadron dit bedrijf te beveiligen
tegen parachutisten in de duinen. Te 18.00 kreeg het bevel, zich te melden bij een
luitenant van 3-II-1 R.I. en het bezette, tezamen met een sectie tirailleurs en een
sectie mitrailleurs van 1 R.I., in de loop van de avond volgens opdracht de Water
toren, waar het tot 14 Mei is gebleven.
Zoals hiervóór is vermeld, had C.-Westfront te 5.30 een deel van de kader
opleiding naar Leidschendam gezonden naar aanleiding van een bericht, dat para
chutisten aldaar waren geland.
Het detachement, sterk een adjudant-onderofficier, twee sergeanten en negen
tien korporaals, reed per autobus daarheen en vernam, dat de parachutisten te
Voorburg waren geland aan de Vliet, nabij de rijksweg naar Utrecht1).
Het detachement verliet de autobus vóór de spoorwegovergang en ging te voet
langs de oostelijke Vlietoever voorwaarts tot het 250 m voorbij de spoorweg in
contact kwam met vijand in de boerderij de Harnaard. Deze behoorde tot een
groep parachutisten bestemd voor de vermeestering van het vliegpark Ypenburg,
die waren neergekomen tussen Rijswijk en Voorburg.
In het vuurgevecht dat onststond, sneuvelde een korporaal en werden de com
mandant en twee onderofficieren gewond, waarvan er een zwaar gewond in handen
van de vijand viel. Het detachement trok een eindweegs terug en de commandant
vernam, dat er infanterie te Leidschendam was aangekomen. Hij begaf zich -
hoewel gewond - daarheen en trof een luitenant met twee secties grenadiers aan,
waarvan een sectie met hem mede werd gezonden.
Teruggekeerd bij Voorburg werd contact verkregen met een detachement
politietroepen uit 's-Gravenhage bij de Gasfabriek (500 m ten noorden van de
25
Het terrein ten oosten van de Vliet aldaar behoort tot de gemeente Leidschendam, al ligt het ter
hoogte van Voorburg.