ten noorden van het Staalduinse bos opgetreden, die daarna op het bos waren
teruggetrokken.
II-R.J. was daarna geheel te Naaldwijk verzameld en, in afwijking van de
orders, door C.-R.J. aldaar vastgehouden.
Op last van de P.C. was de Hilwoning bezet door een sergeant en achttien
man van de le Compagnie. Kort na aankomst werd door zware mitrailleurs van
11-39 R.I. een vliegtuig neergeschoten, dat in de polder ten zuidoosten van de
Hilwoning daalde, door een stuk 6 veld en een mortier uit de stelling werd be
schoten en in brand geraakte. De inzittende Duitsers verlieten het toestel en dekten
zich in een sloot, doch werden door een patrouille gevangen genomen, Er bleken
twee man in het vliegtuig te zijn verbrand, terwijl enigen van de overlevenden
gewond waren.
Bij 2-II-39 R.I. was waargenomen, dat enige transportvliegtuigen ten zuiden
van het Staalduinse bos waren geland. Hierop werd vuur uit zware mitrailleurs
afgegeven.
Van de gevechten bij II-R.J. waren intussen berichten bij de P.C. binnengeko
men, zonder vermelding van details.
Op zijn last werd daarna in de namiddag ook uit de Positie een aanval ingezet
tegen het Staalduinse bos.
Alvorens het verloop van deze actie te behandelen zij medegedeeld, dat ook op
Rozenburg enige Duitse vliegtuigen waren geland en dat ook daartegen maatregelen
waren genomen. Hierop wordt nader terugggekomen.
Het verloop van de actie tegen het Staalduinse bos was als volgt (zie schetskaart
nr 7):
Te ongeveer 13.00 ontving C.-2-II-39 R.I. opdracht om met twee secties van
zijn compagnie en een van 15 Res.G.C., onder bevel van twee luitenants van de
compagnie en een van de bataljonsstaf, het Staalduinse bos te zuiveren, daarna in
zuidelijke richting over het Haakhuisje op te rukken en de Duitsers bij de Quaran-
taineloodsen nabij Vianda onschadelijk te maken.
De aanvulling van munitie en handgranaten en de verdere voorbereidingen
duurden zo lang, dat de voorwaartse beweging eerst te 15.30 kon worden aange
vangen. Intussen werd de westrand van het Staalduinse bos onder artillerievuur
genomen door de Batterijen VII en VIII op Rozenburg.
De kapitein, C.-2-II-39 R.I., zond de linker vóórsectie langs de Nieuwlandsche
Dijk en langs de noordrand van het bos, terwijl de rechter vóórsectie, waarbij hij
zich ophield, door het bos opruktede reservesectie volgde daarachter.
Aanvankelijk werd geen contact met vijand verkregen. Na 500 m werd verband
opgenomen, doch bij de volgende dwarsweg bleek de linker vóórsectie niet te
vinden te zijn. Niettemin werd verder opgerukt en 500 m ten westen van de rent
meesterswoning werd op vijand gestoten, die aanvankelijk nog werd aangezien
voor personeel van R.J., dat volgens ontvangen bericht in het bos aanwezig kon zijn.
Bij het vuurgevecht dat ontstond, werd de kapitein gewond en sneuvelden twee
soldaten. De kapitein werd echter onder vijandelijk vuur door enige van zijn mannen
in veiligheid gebracht en met behulp van een wagentje naar de Positie teruggevoerd.
45