sneuvelden had teruggetrokken en verborgen. De Nederlandse commandant was
hem tot 200 m genaderd, zonder hem te ontdekken.
Vermoedelijk is dit niet dezelfde troep geweest, waartegen C.-II-39 R.I. is
opgetreden, nadat op zijn commandopost een bericht was binnengekomen, dat er
vijand oprukte van Poortershaven langs de spoorweg in westelijke richting. Op dat
bericht had de res. 2e luitenant, C.-Vbd.A., per motor een verkenning uitgevoerd
en vastgesteld, dat Duitsers zich ingroeven bij de samenkomst van de Oranjedijk
en de Korte Kruisweg.
Daar er geen officieren meer beschikbaar waren voor een patrouilleactie, had
C.-II-39 R.I. besloten er zelf op uit te gaan met de luitenant, die de verkenning
had uitgevoerd en het van II-R.J. achtergebleven personeel (bestaande uit enige
groepen en een zware mitrailleur met bediening) alsmede enige mariniers. Met
drie vrachtauto's was hij naar het dorp Maasdijk gereden en vandaar langs de
Korte Kruisweg opgerukt.
Spoedig werd vuur ontvangen, dat werd beantwoord en het gelukte, de vijand
tot ongeveer 400 m te naderen. De majoor liet door de luitenant met een auto een
mortier met bediening onder bevel van een vaandrig uit Hoek van Holland halen
en daarmede de vijand onder vuur nemen. Hij zond bericht aan de commandant
van de door het Staalduinse bos oprukkende troep en hoopte, dat deze langs de
Oranjedijk zou oprukken, zodat de twee afdelingen konden samenwerken, hetgeen
echter niet geschiedde. Wel kwam uit Hoek van Holland een bevel voor de vaandrig
met de mortier om daarheen terug te keren, hetgeen deze uitvoerde zonder de
majoor in te lichten.
Te Maasdijk liet majoor Witkamp telefonisch bericht zenden aan de P.C. te Hoek
Holland met vermelding van de plaats, waar zich vijand bevond. De P.C. gaf langs
dezelfde weg de majoor opdracht, naar Hoek van Holland terug te keren met de
mededeling, dat de vijand door artillerie onder vuur zou worden genomen. Nadat
enige tijd gezocht was naar de verdwenen mortier, keerde de majoor terug.
Door Batterij V werden te 11.00 met één stuk vier projectielen afgevuurd in de
omgeving van de Oranjespuisluis en te 11.30 zes projectielen op de Korte Kruis
weg x).
Hoewel het tijdstip van terugkeer van de majoor en zijn mannen niet met zeker
heid bekend is, wordt op grond van de tijdstippen, waarop de vuren werden af
gegeven, vermoed, dat dit nog vóór 12.00 was. Toen was de door het Staalduinse
bos oprukkende troep nog slechts halverwege, zodat van samenwerking met de
majoor geen sprake kon zijn.
Het was overigens ietwat zonderling, dat de majoor zijn stellinggebied had ver
laten om met ongeveer 30 man de vijand te gaan aanvallen.
De door het Staalduinse bos opgerukte troep ving na het doorzoeken van het
57
0 Op 12 Mei was bij Batterij V begonnen met het afgraven van een duin bij het middenstuk, dat
daarvoor het eerst in aanmerking kwam, zodat op 13 Mei met dat stuk vuur in oostelijke richting
kon worden afgegeven.