Kruisweg, op het noodlandingsterrein, dat ook op 13 Mei was beschoten en ten oosten van de Korte Kruisweg. Te 10.00 werd de batterij door een Duits vliegtuig met 4 bommen bestookt, zonder dat schade of verliezen werden toegebracht. In de loop van de voormiddag waren op last van de P.C. door de infanterie drie patrouilles uitgezonden op vrachtauto's, begeleid door motorrijders, resp. naar 's-Gravenhage, Delft en Schiedam. Deze patrouilles berichtten, dat de wegen vrij van vijand waren. De patrouille naar Schiedam ontdekte bij het snijpunt van de Oranjedijk en de Korte Kruisweg een groot aantal schuttersputten, twee gesneuvel de Duitsers, drie lopen van zware mitrailleurs en een Nederlandse mitrailleur- patroontrommel. Op Rozenburg waren des nachts de eerder gemelde 24 onderofficieren, korpo raals en soldaten uit het fort Maasmond aangekomen. C.-3-II-39 R.I. liet deze over het gehele eiland patrouilleren, terwijl hij het zeefront geheel ontblootte en al zijn mannen, versterkt met een deel van het personeel van de Batterijen VII en VIII inzette op een landfront langs het afgedamde Scheur en verder westelijk. Uit de patrouilleberichten vernam hij de bezetting van Beijerland door de Duitsers. Te ongeveer 15.46 ontving de P.C. (evenals de P.C. te IJmuiden) een telexbevel van de Chef van de Marinestaf van de volgende inhoud Aangezien het Britse vernielingsdetachement was vertrokken, konden de ver nielingen niet meer worden uitgevoerd. Daar het bevel geen codewoord ter waarmerking bevatte, trachtte de P.C. tele fonische verbinding met de C.M.S. te krijgen, hetgeen mislukte. Hij kreeg wel verbinding met de O.L.Z. (persoonlijk), die nadere inlichting toezegde. Vervolgens zond hij een officier naar Den Haag, doch vóórdat deze terugkeerde kwam bevel van C.-Westfront-Vg.Holland voor het neerleggen van de wapens. De opdracht luidde: De P.C. gaf daarop bevel, de kanonnen van alle batterijen te vernielen, de grond- mijnen in de Nieuwe Waterweg af te vuren, de wapens en munitie van de Kon. Landmacht te doen innemen en in de Nieuwe Waterweg te werpen, het Marine detachement met wapens en munitie ter beschikking van de Kantonnements- commandant (C.-39 R.I.) te stellen voor het handhaven van de orde en rust. 62 „havens versperren venielingen uitvoeren, zooveel mogelijk personeel en materieel, behalve wat noodig is voor handhaving orde en bewaking, naar Engeland (onderstreept) zenden, meeste spoed; dit is laatste telexorder, wij verbreken verbindingen en vernietigen telexmachines" 1). „de strijd te staken, ter plaatse te blijven en met uitzondering van hetgeen nodig was voor het bewaren van orde en rust, de wapens neer te leggen". 1) Zoals in Deel 1 is medegedeeld, zijn van de zijde van de Chef Marinestaf op eigen initiatief maat regelen genomen om zoveel mogelijk marine-personeel en -materieel naar Engeland te doen ver trekken.

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

NIMH | 1961 | | pagina 78