geschoten, hetgeen tot onrust aanleiding gaf. Het aantal op wantrouwen en ge ruchten berustende meldingen nam zeer grote afmetingen aan en matte de politie- troepen nodeloos af. Het Detachement politietroepen van het Etappencommando heeft nog een be wakingsdetachement geleverd voor het fort Spijkerboor, waar Duitse geïnterneer den en later 12 krijgsgevangenen waren en werden ondergebracht, in totaal 180 man. De krijgsgevangenen werden op 12 Mei overgebracht naar IJmuiden voor vervoer naar Engeland. Het Vaartuigendepot Omtrent de verrichtingen van dit depot valt het volgende te vermelden. Door de zorg van de commandant werden in de morgen van 10 Mei de in de havens aanwezige schepen, die voorraden graan bevatten, verspreid opgesteld. Enige schepen voor gewondenvervoer werden, nadat de 2e Roode Kruiscompagnie deze had voorzien van het nodige personeel, naar hunne bestemmingen gezonden. Drie officieren, die een taak hadden bij de evacuatie per schip van burger bevolking en vee uit de Grebbelinie, werden daarheen gezonden. Op 11 Mei kwamen de scheepvaartagenten uit Harlingen en 's-Hertogenbosch te Amsterdam bij het depot aan. Op last van de C.M.M.A. werden op die dag alle schepen uit het Oosterdok en de Dijksgracht naar elders verhaald. In de loop van de dag werden bewakingsdetachementen geplaatst bij de haven installaties van de Stoomvaartmaatschappij Nederland en de Kon. Nederlandse Stoomvaartmaatschappij In de avond kwam het munitieschip Stanfries, gesleept door een sleepboot, van Harlingen te Amsterdam aan. Op 12 Mei werden door de zorg van het depot 12 schepen uit Enkhuizen gehaald. Als gevolg van de toestand te Rotterdam werden etappe-inrichtingen uit die stad naar Amsterdam verplaatst en op 12 Mei kwam de Commandant van de 3e Comp. intendancetroepen bij het depot aan. Op verzoek van de Etappenintendant werd personeel van het depot belast met de bewaking van de spoor-IJhaven in de Rietlanden, de IJkade, de Levantkade en de Handelskade. In verband met het stellen van de inundaties voor het Oostfront van de Vesting Holland moesten de sluizen te Zeeburg worden gesloten. Als gevolg daarvan moesten alle munitieschepen, die zich bevonden in de Zijkanalen B, D, E en F van het Noordzeekanaal worden verhaald. Op 13 Mei werden op last van de D.E.V. enige munitieschepen uit het Merwede- kanaal naar de Amstel verhaald en werden benzineschepen verplaatst naar Noord- Holland, de Hollandsche IJssel en de Westeinderplas. In de avond van deze dag achtte de commandant het in verband met berichten, dat de Afsluitdijk zou zijn gevallen, noodzakelijk, het depot te verplaatsen naar Spaarndam, hetgeen met goedkeuring van de D.E.V. op 14 Mei te 2.30 werd uitgevoerd. 76

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

NIMH | 1961 | | pagina 92