Majoor Reijers deed daarop de le, 2e en 3e Compagnie, die bezig waren hun stellingen te bezetten, terugroepen, terwijl de 4e Compagnie omstreeks dit tijdstip te Willemstad aankwam. Het bataljon werd daarna in de volgende samenstelling gedekt opgesteld: - le Compagnie, versterkt met een sectie zw.mitr. van drie stukken, een sectie mr. van drie stukken en twee sectiën pag. van twee stukken. Aan de compagnie ontbraken nog drie vernielingsploegen, ter gezamenlijke sterkte van drie kader leden en twaalf man; - 2e Compagnie (verminderd met de twee te Geertruidenberg gedetacheerde sectiën en met de nog niet teruggekeerde vernielingsploegen, ter sterkte van vijf man kader en twintig soldaten), versterkt met een sectie zw.mitr. van drie stukken; - 3e Compagnie, verminderd met de sectie, die bij het Grensbataljon Jagers was ingedeeld en met een nog niet teruggekeerde vernielingsploeg van een kader lid en vier soldaten; - 4e Compagnie, verminderd met de sectie, die bij het Grensbataljon Jagers was ingedeeld - de gedeeltelijk geïmproviseerde Korpstrein en 4-V Aut.Bat. (min een sectie), tezamen 113 auto's tellende. De overtocht over het Hollandsch Diep geschiedde met vijf vaartuigen van het Detachement Vaartuigendienst Haringvliet-oost en de beide daartoe gevorderde veerboten van de dienst Willemstad-Numansdorp. Zij verliep grotendeels zonder stoornissen, doch nam zeer veel tijd in beslag, daar de vaartuigen van de Vaar tuigendienst uitsluitend geschikt waren voor troepenvervoer en de beide veer boten na tijdrovend laden respectievelijk hoogstens acht en vier of vijf auto's kon den bevatten. Gedurende de overtocht vertoonden zich eerst drie Britse vlieg tuigen, vliegend van west naar oost, daarna op zeer grote hoogte een vliegtuig, dat een rookstreep trok. Omstreeks 18.30 was het bataljon over, behalve de auto's waarmede de 2e Compagnie werd vervoerd, een munitie- en gereedschapsauto (waarop o.m. drie lichte mitrailleurs van de le Compagnie), de troepenverband- auto, de auto met raderbaren, de verbindingsmiddelenwagen en enige goederen auto's. Majoor Reijers vertrok per auto naar de commandopost van C.-Groep Kil, terwijl de compagnieën zich naar de Hef brug bij Barendrechtscheveer begaven de le Compagnie op de auto's, de 2e Compagnie te voet, de 3e en 4e Compagnie per rijwiel. Toen drie Duitse vliegtuigen mijnen in het Hollandsch Diep wierpen, weigerde het personeel van de veerboten verder te varen, waardoor de 2e Compagnie ver stoken bleef van haar auto's en het bataljon van de eerdergenoemde voertuigen en enig personeel.. Van de officieren van 4-V Aut.Bat. was slechts de le luitenant J. P. A. Wagtman overgezet, die verder het bevel over het overgezette deel van 81

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

NIMH | 1963 | | pagina 101