bezet gebleven. Tengevolge van bedoelde verplaatsing kon C.-Groep Kil zich dus niet rechtstreeks verstaan met C.-Lt.Div. of diens Chef van de Staf. Met C.- Hoofdgroep kwam telefonische gemeenschap - eveneens over het rijksnet - eerst te 11.25 tot stand. C.-Groep Kil moest er zich dus voorshands toe beperken om eerst aan de C.-Vbd.A.-Lt.Div. en te 8.53 aan een ritmeester van het St.K.-Lt.Div. het volgende mede te delen, met verzoek zulks ter kennis van C.-Lt.Div. te brengen: Zoals eerder is medegedeeld, was C.-2 R.W. buiten de bevelvoering gelaten en had deze het schriftelijke bevel (Bijlage V) niet ontvangen. Na de bevelsuitgifte begaf C.-Hoofdgroep zich met zijn staf, waarbij C.-II-K.R.A. zich aansloot, naar de commandopost, die werd verlegd naar het ten zuidoosten van Dordrecht gelegen Sportpark, en nam de opmars een aanvang. Deze had, van oost naar west, het volgende verloop. Het oostelijke bataljon, versterkt 1-2 R.W., bereikte zonder met vijand in aan raking te komen omstreeks 9.30 doellijn b (kunstweg Wieldrecht-Kop van 't Land) en beperkte zich vervolgens tot de bezetting van het gewonnen terrein. De B.C., majoor Eggens, vestigde zijn commandopost op de boerderij Haaswijk. De com pagnieën kregen tot opdracht, het doordringen van de vijand te beletten en even tueel dalende valschermtroepen buiten gevecht te stellen. Het versterkte III-2 R.W., onder bevel van res. majoor der cavalerie Jhr. W. A. van den Bosch, marcheerde over Dordwijk naar doellijn b, onder achterlating van twee sectiën der le Compagnie, die volgens opdracht van de Hoofdgroepscom mandant werden belast met de dekking van II-K.R.A. Later droeg de overste deze sectiën de dekking van zijn commandopost op. Tijdens de mars werd het bedekte terrein van Dordwijk doorzocht, daar hieruit de vorige dag vuur was ontvangen. Doellijn b werd bereikt, zonder met vijand in aanraking te zijn geweest en daarop werd het bataljon ontplooid. Voorcompagnieën werden van west naar oost: - le Compagnie (min twee sectiën), versterkt met een sectie zw.mitr. en met een detachement, bestaande uit twee sectiën tirailleurs en een sectie zw.mitr. van 1-28 R.I., onder bevel van res. kapitein N. Wijers; - 2e Compagnie, versterkt met een sectie zw.mitr., een sectie mr. en een sectie pag., onder bevel van res. kapitein A. C. Fortgens; - personeel van 111-14 R.A., versterkt met een sectie zw.mitr. der wielrijders, onder bevel van kapitein J. Mulder. 107 „Naar de indruk van C.-Groep Kil bevonden zich op het Dordsche Eiland omstreeks 500 val schermjagers l), voornamelijk langs de oude weg Dordrecht/Willemsdorp, met de commandant bij Tweede Tol. De valschermjagers zouden het gevoel hebben in de knel te zitten.2) Ter onder steuning van de actie der Lt.Div. zou de Groep Kil een bruggenhoofdje te Wieldrecht vormen, storend artillerievuur brengen op Tweede Tol en door patrouilles de toestand bij Willemsdorp doen vaststellen." Deze schatting is te laag gebleken, aangezien zich in dit stadium op het Eiland tenminste twee bataljons valschermjagers bevonden. Deze inlichtingen waren verkregen van burgers, die van het Eiland van Dordrecht komende, de Kil waren overgestoken.

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

NIMH | 1963 | | pagina 127