de gevechtsstaf geschieden over de spoorlijn Dordrecht/Sliedrecht tot halte Baan- hoek (op de noordoever van de Merwede) en vandaar over Papendrecht. De ge vechtsstaf zou, daar de Stafwacht nog niet was aangekomen, daarbij worden gedekt door een detachement van 2 R.H.M. (vijf groepen motorrijders, een sectie zw.mitr. en twee stukken pag.) onder ritmeester T. L. A. Steenkamp, commandant van het Eskadron pantserafweergeschut (E. Pag.), welk detachement in de loop van de middag te Dubbeldam was aangekomen. Ter verduidelijking hiervan moeten wij de lotgevallen van dit regiment vermelden. 2 R.E1.M. was, na op last van C.-Peeldivisie het gevecht bij Mill te hebben afgebroken, in de vroege morgen van 11 Mei over Vught naar Gorinchem gereden, teneinde weder bij de Lt.Div. aan te sluiten. Tijdens de terugtocht door Noord- Brabant was, hoofdzakelijk tengevolge van luchtbombardementen, het verband verloren gegaan. Vorengenoemde ritmeester had op 11 Mei omstreeks 12.00 te Gorinchem verzameld het le Esksdron (min het 3e Peloton), het le Peloton (min een groep) en de helft van het 3e Peloton van het 2e Eskadron, twee sectiën zw.mitr. en twee stukken pag. Hij had kennis gekregen van het voor C.-2 R.H.M. bestemde schriftelijk bevel van C.-Lt.Div. (zie bijlage IV), waarbij het regiment werd aangewezen tot divisiereserve teneinde, naarmate de aanval van de Lt.Div. zou vorderen, achtereenvolgens het veer te Wieldrecht en de brug bij Barendrecht te bezetten. Nadat hij te Schelluinen (ruim 3 km ten westen van Gorinchem) het 2e Peloton van het le Eskadron had achtergelaten ter bewaking van de bruggen aldaar, had de ritmeester tegen de avond van C.-Lt.Div. toestemming gekregen, wegens oververmoeidheid van de troep de nacht van 11/12 Mei door te brengen te Wijngaarden. Hij kreeg hierdoor tevens weder verband met C.-2 R.H.M.. luitenant kolonel A. J. E. Mathon, die met de korpstrein onder dekking van een groep van het 2e Eskadron en met de Commandogroep van het 2e Eskadron te Bleskensgraaf was aangekomen.1) Bij het aanbreken van de dag van 12 Mei was de ritmeester, die meende, dat de toestand dit gedoogde, met zijn detachement over Papendrecht en Dordrecht op weg gegaan naar Wieldrecht. Bij de tunnel in de spoorweg Dordrecht/Zwijndrecht, waar II-l R.W. in gevecht was, had de voorhoede hevig vuur ontvangen, doch was doorgereden, terwijl de hoofdmacht had halt gehouden. Een gedeelte van de voor hoede had te 11.50 Wieldrecht bereikt, was aldaar aanvankelijk door de troepen van Groep Kil onder vuur genomen - hetgeen zeven gesneuvelden en enkele ge wonden had veroorzaakt - en was daarna bij deze troepen aangesloten. Een ander gedeelte had bij Zeehaven dekking gezocht tegen mitrailleurvuur en luchtbombar dementen en was er tegen het vallen van de avond in geslaagd, grotendeels naar Papendrecht terug te keren. De ritmeester had, teneinde zich omtrent de toestand te oriënteren, te 9.21 telefonisch verband opgenomen met C.-Groep Kil, die hem had geraden, de 120 2 ^>e*oton van het Eskadron, het 2e Peloton en 1{ groep van het 3e Peloton van het 2e eskadron alsmede een stuk pag. waren in de nacht van 11/12 Mei bij het Depot wielrijders te Gouda aangekomen. Een stuk pag. was door luchtbombardement vernield.

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

NIMH | 1963 | | pagina 140