C.-Groep Kil was van oordeel, dat hij in verband met de door C.-Vg.Holland aan de Lt.Div. verstrekte opdracht al het mogelijke moest doen om de verbinding met die divisie tot stand te brengen. Hierdoor zou de Groep Kil uit haar isolement worden verlost en tevens het nijpende munitievraagstuk worden opgelost. Op het Kilfront moest daartoe actief worden opgetreden. De bevelvoering op dit front werd te 8.30 gereorganiseerd door het in twee vakken te verdelen met als scheidingslijn een lijn west-oost ten noorden van De Wacht. De troepen ten zuiden van deze lijn (7 tirailleursectiën, 9 zw.mitr., 1 sectie 6 veld) vormden Detachement Van Maanen de troepen ten noorden van deze lijn (aanvankelijk 7, later 10 tirailleursectiën, 6 zw.mitr. en 4 mr.) vormden Detachement Houtman. 2) De beide detachementscommandanten traden onder rechtstreeks bevel van de Groepscommandant. C.-28 R.I., luitenant-kolonel Stroink, bleef uitsluitend belast met het bevel over de Groepsreserve, verder genoemd Detachement Stroink (7, later 4 sectiën en 3 zw.mitr.), en het vasthouden van Strijen en Maasdam. Te 8.30 kwam eindelijk het eerste levensteken van de Lt.Divisie. C.-Groep Kil kreeg (zie blz. 106) over het rijkstelefoonnet verbinding met de telefooncentrale van die divisie in het postkantoor te Bleskensgraaf en vernam, dat een gevechts groep het Eiland van Dordrecht was binnengerukt, dat Bleskensgraaf uit de lucht was gebombardeerd en de cp. van C.-Lt.Div. was verplaatst. Te 9.21 volgde het op blz. 120 vermelde telefonisch onderhoud met ritmeester Steenkamp van 2 R.H.M., te 10.15 met C.-II-l R.W., die zich in de westrand van Dordrecht bleek te bevinden en met de Kantonnementscommandant van Dordrecht die mededeelde, contact te hebben met de Commandant der Hoofd gevechtsgroep van de Lt.Div. Eerst te 11.25 kwam rechtstreeks telefonisch contact tot stand met de Staf van de Hoofdgevechtsgroep der Lt.Div. (zie blz. 107). Zoals bij de beschrijving van het optreden van de Lt.Div. is medegedeeld, drong C.-Groep Kil op spoed aan, aangezien hij de indruk had, dat de vijand in de knel zat. Hij gaf de raad, de vijandelijke weerstandskernen, die zich blijkbaar bevonden ten oosten van de bruggen Dordrecht/Zwijndrecht, in de wijk Krispijn en bij Zeehaven, te omvatten door uit oostelijke en noordoostelijke richting over Amstel- wijck door te stoten naar Wieldrecht en aldaar de verbinding met de Groep Kil tot stand te brengen. Tevens deelde hij de door hem zelf getroffen maatregelen mede, die bestonden uit: - de vorming van een bruggenhoofdje te Wieldrecht; - het brengen van storend artillerievuur op Tweede Tol; - het door patrouilles doen vaststellen van de toestand bij Willemsdorp. De vorming van een bruggenhoofdje te Wieldrecht had ten doel, het aldaar overzetten van delen der Lt.Div. met het pontveer te verzekeren en zo snel mogelijk de verbinding met de Lt.Div. tot stand te brengen. Met deze taak werd belast 4-3 G.B. (min een sectie), welke compagnie zich sedert de namiddag van 168 9 Majoor Van Maanen was C.-III-28 R.I. 2) Majoor Houtman was C.-III-34 R.I.

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

NIMH | 1963 | | pagina 188