210 De vier dagen van strijd hebben niet alleen moed en doorzettingsvermogen te zien gegeven, maar ook oogenblikken van zwakheid en zelfs daden van lafheid. Het vijandelijke vuur heeft het kaf van het koren gescheiden. Ik hoop, dat er nog gelegenheid zal zijn, zij die hebben uitgeblonken, te beloonen en zij die hun plicht hebben verzaakt te straffen. De grootste belooning zal echter ongetwijfeld zijn zelf de overtuiging te bezitten zijn plicht ten volle te hebben vervuld. Wie deze overtuiging bezit kan ook in de moeilijke dagen, die ons wachten, fier het hoofd op heffen en behoeft de oogen voor niemand neer te slaan. Naar een ieder, die dit van zich zelf kan zeggen, gaat mijn dank uit". „LEVE HET VADERLAND"!

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

NIMH | 1963 | | pagina 230