C.-Lt.Div. kreeg uit de meldingen der commandanten zijner van het Eiland van Dordrecht teruggekeerde gevechtsgroepen de indruk, dat de troepen oververmoeid waren, zware verliezen hadden geleden en moreel ernstig waren geschokt. Hij achtte het noodig, zulks persoonlijk nogmaals ter kennis van C.-Vg.Holland te brengen en begaf zich daartoe naar Meerkerk. Ook hem werd de opdracht gegeven onvoorwaardelijk stand te houden. Omstreeks middernacht van 13/14 Mei kwam luitenant-kolonel Veldmeijer in de te Molenaarsgraaf gevestigde commandopost van C.-Lt.Div. aan. Deze had inmiddels in de loop van de avond voorlopige bevelen gegeven voor de bezetting van het front aan de Noord en de Merwede (zie schetskaart nr Z. 17). - 1 R.W. (min II), rechtstreeks gesteund door I-K.R.A., bleef aan de Noord tussen Kinderdijk (inb.) en de Watertoren; - het nieuw te bezetten frontgedeelte aan de Noord en de Merwede kwam onder bevel van C.-2 R.W., luitenant-kolonel Mijsberg, die met de beide uit Dordrecht terugkerende bataljons (II-l R.W. en II-2 R.W.) het riviervak moest bezetten tussen de zuidpunt van het eiland in de Noord (Sofiapolder) en ongeveer het westelijk uiteinde van de Slikplaat in de Merwede; - 1-2 R.W. bleef voorshands belast met de afsluiting van de brug te Sliedrecht - II-K.R.A. werd met de twee nog beschikbare stukken aangewezen voor recht streekse steun van de gevechtsgroepen onder C.-2 R.W.; - de onderdelen konden te Goudriaan uit de I.M.T. en A.M.T. aanvullen; - 2 R.H.M. werd divisiereserve te Molenaarsgraaf, waar overste Mathon in de loop van 14 Mei zijn regiment verzamelde; - 1-11 R.A., met twee batterijen in stelling bij Sliedrecht tot steun van 1 R.W., kreeg thans tot taak 2 R.W. te steunen bij de verdediging van de Merwede. Bij deze Afdeling speelde zich het volgende af. De D.A.C., overste De Haan, lichtte in de late namiddag van 13 Mei majoor Van Aken op diens commandopost in omtrent de terugtocht van de troepen van het Eiland van Dordrecht en deelde mede, dat een verdedigend front zou worden gevormd aan de Merwede met twee bataljons in voorste lijn, terwijl C.-2 R.W. zijn commandopost zou vestigen te Oud-Alblas. Hij gaf de Afd.C. bevel, in de komende nacht de ten westen en ten oosten van Sliedrecht verkende reserve stellingen te betrekken, en de te Molenaarsgraaf nog in afwachtingsopstelling staande 2e Batterij alsmede de munitiecolonne daarheen te verplaatsen. De Af deling moest 2 R.W. steunen en daartoe vuren voorbereiden op de zuidelijke Merwedeoever tegenover Papendrecht en op de spoorbrug ten westen van Slie drecht. Na het geven van deze bevelen en na de munitieaanvulling uit de A.M.T. te hebben geregeld, die te 21.00 moest aanvangen, sloot de D.A.C. te Molenaars graaf weder bij C.-Lt.Div. aan. Bij 1-11 R.A. kwamen bij herhaling groepen terugvloeiende wielrijders langs, 218

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

NIMH | 1963 | | pagina 238