punt van de Duitse opmars-as in handen te krijgen, over veel minder troepen beschikken dan onder de gegeven omstandigheden mogelijk zou zijn geweest, Door de in het Zuidfront geslagen bres rukten de 9e Pantserdivisie en de SS- Standarte Adolf Hitler naar Rotterdam-zuid op. Zij werden met de 7e Vlieger divisie en de naar Moerdijk in opmars zijnde 254e Infanteriedivisie verenigd tot het XXXIXe Legerkorps, waartoe een Legerkorpscommandant met zijn staf waren aangetrokken. Op 14 Mei stelden deze troepen zich in Rotterdam-zuid gereed voor de aanval op Rotterdam-noord, doch vóórdat deze was ingezet werd, terwijl onderhandelin gen over de overgave van de stad nog gaande waren, Rotterdam uit de lucht gebombardeerd en het centrum in de as gelegd. Als gevolg hiervan en de gedwongen terugtocht van het Veldleger op het Oostfront van de Vesting Holland, waar de inundatiën nog niet voldoende waren gesteld en waar ook Utrecht door de Duitsers met een bombardement werd bedreigd, zag de O.L.Z. zich genoodzaakt bevel te geven tot het neerleggen van de wapens. Doch ook zonder het bombardement was de vermeestering van Rotterdam te verwachten geweest en daarmede de val van de Vesting Holland. Desalniettemin is op verscheidene plaatsen vastberaden en met ere gestreden. Zoals uit Bijlage XIV blijkt, zijn op het Zuidfront en in de Alblasserwaaid gesneuveld of aan de bekomen verwondingen overleden20 officieren, 38 onder officieren (waaronder 8 adjudanten-onderofficier, vaandrigs en kornets), 16 korporaals en 184 soldaten, in totaal 258 militairen, terwijl volgens gegevens in 1940 ongeveer 500 militairen werden gewond. Uit Bijlage XV blijkt, dat voor betoonde dapperheid 107 militaire onderschei dingen zijn toegekend, n.l. 7 Militaire Willemsorden, 21 Bronzen Leeuwen, 75 Bronzen Kruizen en 4 Kruizen van Verdienste. De Duitse verliezen zijn niet bekend; wel werd in 1940 van Duitse zijde ver nomen, dat hun verliezen, in het bijzonder door artillerievuur, aanzienlijk waren. 228

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

NIMH | 1963 | | pagina 248