HOOFDSTUK II
DE OVERVAL OP 10 MEI 1940
a. OVERZICHT VAN DE AANVAL DER DUITSE LUCHT
LANDINGSTROEPEN
Het Duitse aanvalsplan bevatte, wat Nederland betreft, naast de aanval met
grondtroepen een verrassende overval met luchtlandingstroepen op 's-Gravenhage
en op de bruggen bij Moerdijk, Dordrecht en Rotterdam. Deze bruggen moesten
worden vermeesterd en vastgehouden tot de bezetting werd overgenomen door de
troepen op de grond, waaronder in de eerste plaats de 9e Pantserdivisie, die met
grote snelheid door Noord-Brabant moest oprukken.
Het doel was, de Regering en het Opperbevel reeds bij de aanvang van de strijd
uit te schakelen en een toegang tot de Vesting Holland te forceren over de ge
noemde bruggen, dus „door de achterdeur", gepaard met een aanval op „de
voordeur": de Grebbestelling en het Oostfront van de Vesting Holland. Door
die aanval met luchtlandingstroepen werden op 10 Mei zowel het hart van het
land als het Zuidfront van de Vesting Holland onmiddellijk gevechtsterrein.
De Duitse luchtlandingstroepen waren georganiseerd in het Luchtlandings
korps, bestaande uit de 7e Vliegerdivisie x), de 22e Luchtlandingsdivisie en de
benodigde luchttransportverbanden. De 7e Vliegerdivisie bestond uit valscherm
en luchtlandingstroepen; de 22e Divisie was een infanteriedivisie, die met het oog
op luchttransport lichter was bewapend en uitgerust2) en in het bijzonder voor
dit transport en daarmede verband houdende acties was geoefend. Commandant
van deze divisie was Generalleutnant Graf von Sponeck.
Generalleutnant Student, de Commandant van de 7e Vliegerdivisie en organi
sator van de valschermtroepen, was tevens Commandant van het Luchtlandings
korps. De bij de aanval optredende bombardeer- en jachtvliegtuigen behoorden
tot het Fliegerkorps zur besonderen Verwendung (z.b.V.), onder bevel staande van
de General der Flieger Putzier.
De inzet van het Luchtlandingskorps had plaats volgens het bevel van 23-2-1940,
waarvan een afschrift met enkele van de bijlagen is opgenomen als Bijlage I. 3)
Zoals daaruit blijkt, was de 22e Divisie aangewezen voor de aanval op 's-Graven
hage, waartoe zij eerst de vliegvelden Katwijk (d.i. Valkenburg), Ypenburg en
Kijkduin (d.i. Ockenburg) moest vermeesteren, om vervolgens ten snelste 's-Gra-
venhage te bezetten en aldaar de Kroon, de Regering en de Legerleiding uit te
schakelen. De divisie was versterkt met een bataljon en een compagnie valscherm-
18
(Zie schetskaarten nrs Z. 2, 3 en 4)
1) De naam Vliegerdivisie moest camoufleren, dat het een parachutistendivisie was.
2) Volgens latere terminologie was dit dus een luchttransportdivisie.
3) Dit bevel was bij de samenstelling van de vroeger verschenen boeken nog niet beschikbaar.