schetskaart nr Z. 3). Ten zuiden van de spoorweg uit de tunnel komende werd van twee zijden vuur ontvangen. De chauffeur wilde snel naar rechts afslaan, waarbij de wagen echter door een schot in een band kantelde. Het detachement rukte daarop sprongsgewijze op, doch werd met automatische wapenen onder vuur genomen, waartegen de pontonniers met hun karabijnen weinig konden uitrichten; de luitenant Over sneuvelde en twee man werden gewond. Toen de vijand naderde en enige handgranaten wierp, gaven drie onderofficieren en zes man zich over, terwijl de overigen - die dekking hadden gezocht in een in aanbouw zijnd huizenblok - door de valschermjagers niet werden opgemerkt en enige tijd later bij de compagnie terugkeerden. Een krachtiger poging om de verkeersbrug in handen te krijgen werd enige tijd later ondernomen door personeel van 2 Dep.Comp.Pont. De commandant, kapitein D. Crok, had zich per rijwiel naar zijn in een gebouw in de Jacob Marisstraat (in het zuiden van de wijk Krispijn) legerende compagnie begeven. Hij trof de man schappen en de gehele bevolking van de wijk op straat aan, geboeid door het schouwspel der rondcirkelende vliegtuigen en afspringende valschermjagers en blijkbaar niet begrijpende, dat dit oorlog betekende. Na de manschappen naar binnen te hebben gezonden om zich te wapenen en van munitie te voorzien, voor zoveel dat met de beschikbare 250 patronen mogelijk was, gaf de kapitein de 2e luitenant der genie G. A. Brouwer het bevel„Tracht verkeersbrug bij Zwijndrecht te bezetten, ga richting tunnel mij tegemoetzal zo spoedig mogelijk U patronen doen toekomen." De kapitein begaf zich daarop naar de stad en wist in de oude kazerne patronen te krijgen, die hij onder leiding van een luitenant van de Dep. Comp.Torp. per auto naar de wijk Krispijn zond. Aangezien de tunnel onder vijandelijk vuur lag, moest deze luitenant een omweg over Dubbeldam maken, doch hij bereikte tenslotte de beide compagnieën in de wijk Krispijn. Daar de kapitein was gebleken, dat de Kantonnementscommandant niet op zijn bureau aan de Achterhakkers aanwezig was, meende hij als oudste kapitein voors hands diens plaats te moeten innemen. Toen de overste enige tijd later op het bureau verscheen, deelde de kapitein hem mede, wat hij van de toestand wist, onder toevoeging dat hij vermoedelijk zijn compagnie niet meer kon bereiken. Hij ontving toen opdracht, zich aan te sluiten bij 3 Dep.Comp.Pont. in de Benthien- kazerne en was hier tot de namiddag behulpzaam bij het in staat van verdediging brengen van deze kazerne en omgeving. Eerst toen hem bleek, dat de weg door de tunnel weer vrij was, keerde hij naar zijn eigen onderdeel terug. Hier had luitenant Brouwer ter uitvoering van de ontvangen opdracht de compagnie verzameld. Na patronen te hebben ontvangen was hij omstreeks 6.30 met ongeveer dertig man opgetrokken naar de verkeersbrug. Bij het Sportfondsen- bad ontvingen zij hevig vuur, tengevolge waarvan de luitenant, die zijn merendeels uit zeemiliciens bestaande troepen moedig voor ging, zwaar gewond neerstortte. Toen men hem wilde wegdragen, beval hij geen zorg aan hem te besteden, doch eerst de aanval door te zetten. De verliezen waren echter van dien aard dat de manschappen, voor het eerst in het vuur en thans zonder een enkele officier, terug weken in de wijk Krispijn en zich hier vermengden met 1 Dep.Comp.Pont. 30

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

NIMH | 1963 | | pagina 50