Chef van de Staf der divisie, majoor van de Generale Staf J. E. Coers, en daarbij de gewijzigde opdracht ontving. C.-l R.W. ontving omstreeks 23.30 op de com mandopost mondeling het volgende aanvalsbevel Voorts deed C.-Lt.Div. de Compagnie pontonniers uit Noordeloos optrekken naar Bleskensgraaf en gaf hij de commandant opdracht, ter beschikking van ieder der beide marsgroepscommandanten één peloton te stellen. Op grond van boven staand bevel bepaalde C.-l R.W., dat 1-1 R.W. de Noord zou overgaan in het vak Pontveer (bij Kinderdijk)- noordelijke P.K. en III-l R.W. ten zuiden daarvan. 4) Het duurde echter geruime tijd eer de rechtermarsgroep kon afmarcheren. De marsweg werd bij Laag Blokland gekruist door lange autocolonnes, die door de donkere nevelige nacht langzaam over de smalle kronkelende dijken reden. De zuidelijke dijk langs de Graafstroom werd bij Molenaarsgraaf volkomen versperd door munitiecolonnes van het langs de dijk rijdende K.R.A. Eerst te 2.00 kon langs de noordelijke Graafstroomdijk worden afgereden met 1-1 R.W. (min 1, een sectie van 2, een sectie zw.mitr. en een pantserafweerkanon) als voorhoede, waarachter III-1 R.W. bij Laag Blokland aansloot. Tegen 4.00 bereikten de voorste wielrijders Alblasserdam. Met I-K.R.A., dat zich langs de zuidelijke dijk van de Graafstroom (Alblas) had voortbewogen, was nog steeds geen contact tot stand gekomen. De Afd.C., majoor W. W. B. Halbertsma, had omstreeks 20.00 te Gorinchem het bevel ontvangen, waarbij zijn Afdeling werd ingedeeld bij de rechtermarsgroep onder C.-l R.W. Aannemende, dat de wielrijders reeds vooruit waren, deed de Afd.C., nadat was getankt, te 21.00 de mars hervatten over Arkel-Meerkerk-Noordeloos-Goudriaan en vervolgens over de zuidelijke Graafstroomdijk naar Bleskensgraaf. Het was intussen donker geworden en het rijden langs de smalle polderwegen met hun 68 1. De brug bij Alblasserdam is door vijand bezet. 2. 1 en 2 R.W. zullen de Noord met eigen middelen overschrijden in een vak tussen Kinderdijk en Hendrik Ido Ambacht; 1 R.W. rechts, 2 R.W. links. Scheidingslijn door de P.K. te Al blasserdam 0, ten noorden van de uitmonding van de Graafstroom. 2) 3. Ter beschikking van ieder regiment komt een peloton van de Comp. pontonniers-Lt.D. 3) 4. I-K.R.A. zal 1 R.W. steunen. 5. Aangezien II-l R.W. nog niet ter plaatse is, wordt dit bataljon divisiereserve. 0 P.K. betekent Protestantse kerk: bedoeld werd de meest zuidelijke der beide P.K. Deze beide P.K. stonden op de stafkaart, maar zijn niet op de schetskaarten overgenomen. 2) Deze stroom, waaraan Bleskensgraaf en Molenaarsgraaf liggen, heeft bij Oud-Alblas en Al blasserdam de naam van Alblas. 3) Elk peloton telde 6 pontons nr. 4, die 26 volledig uitgeruste manschappen of 10 wielrijders met rijwielen konden bevatten boven de pontonniers. Per bataljon wielrijders waren kort vóór het begin van de oorlog 6 z.g. atosboten ingedeeld, die op een auto van de gevechtstrein werden ver voerd. Dit waren zeer licht geconstrueerde in elkaar passende vaartuigjes. De capaciteit daarvan was (2 roeiers en de stuurman niet medegerekend) in stil water een gewapende groep of 6 man met 6 rijwielen of 14 bepakte rijwielen; in woelig water 8 gewapende mannen of 5 gewapende mannen met 5 rijwielen of 14 bepakte rijwielen. De boten konden tot een vlot worden gekoppeld, waarmede een pantserafweer-kanon met be diening kon worden overgezet. 4) De aanvalsvakken zijn uit de schetskaarten af te leiden.

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

NIMH | 1963 | | pagina 88