boven werd gekeerd deerde noch Swift, noch St. John. De hoofd zaak was, dat deze beweringen, in populaire, pakkende en humoris tische stijl voorgedragen, er bij het tot achterdocht jegens vreemde lingen, en vooral de Hollanders, spoedig geneigde Engelse publiek gemakkelijk in gingen l). De Whigs, niet in staat in de publicistische strijd een gelijk waardige kracht tegenover Swift te stellen, en in het Lagerhuis ver in de minderheid, zetten de kamp nog in het Hogerhuis voort, waar de malcontente Tory Nottingham hun partij had gekozen. Ook Marlborough voerde hier voor hen het woord. Hoewel hij voor geen der partijen feitelijk sympathie koesterde, hielden zijn verleden en de gehele loop der gebeurtenissen hem aan de zijde van de Whigs, van de Grote Alliantie, van zijn krijgsmakker Eugenius en van de keurvorst van Hannover, de toekomstige troonopvolger. Harley, in deze tijd tot graaf van Oxford verheven, onder kende het gevaar dat in het Hogerhuis dreigde. Hij bewoog de koningin tot het aanstellen van een twaalftal nieuwe peers, die de meerderheid der Tories ook hier buiten twijfel stelden. Tevens achtte het ministerie thans de tijd gekomen een einde te maken aan Marlboroughs positie als opperbevelhebber, nadat zijn staatkundige rol als leider der Grote Alliantie reeds anderhalf jaar eerder was uitgespeeld. Gezien de nieuwe koers, waarbij de strijd niet meer in de eerste plaats ging tegen Frankrijk, maar tegen de Whigs en de bondgenoten, kon Marlboroughs vervanging als een politieke noodzakelijkheid gelden. Ongetwijfeld paste hij niet in de rol, die men verder aan de Britse strijdkrachten had toe gedacht. De wijze waarop de zaak werd aangevat strekt echter de Tories al evenmin tot eer als hun gehele politiek in deze tijden. Het middel tot verwijdering van de kapitein-generaal was een aanklacht wegens fraude, die men in Januari 1712 in het Lagerhuis op touw zette. Hij had bij de contracten met de provediteurs Machado en Solomon Medina een zeker percentage bedongen voor persoonlijk gebruik, en tevens, bij de capitulaties tot aanneming van vreemde troepen, 2% procent op dezelfde wijze. Wat het laatste betreft kon de hertog zich afdoende rechtvaardigen: reeds in 1702 had de koningin deze transacties goedgekeurd als middel tot het ver krijgen van geld voor 'intelligence' en 'secret service'. 95 x) Trevelyan p. 100, 192, 193. Van Swift is ook het pamflet 'Some remarks on the Barrier treaty', vertaald in Eur. Merc. 231 vlg. Van zijn medestander Arbuthnot de 'History of John Buil'. De naam is sedert voor Engeland in zwang gebleven. De Republiek wordt er in opgevoerd als 'Nicolas Frog' (Trevelyan 204; Arend 970). Over Swift en zijn geschriften uitvoerig bij D. Coombs in 'The conduct of the Dutch' p. 277-284.

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

NIMH | 1964 | | pagina 119