Plannen voor een dergelijke raid, of zoals men zei, een 'Course', waren er reeds eerder geweest. Grovestins had zelf in 1710 het plan gemaakt tot een raid in Champagne, welke door ongeveer i^oo ruiters vanuit Bergen zou moeten geschieden. Het volgend jaar ging Ernst de Pesters, de bekende ontvanger der contri- butiën, eveneens om met het plan tot een raid in Champagne, en bovendien in het gebied der 'Drie bisdommen', Metz, Toul en Verdun. Deze bisdommen weigerden hardnekkig contributie aan de Staat te betalen, aangezien zij na de inneming van Landau in 1704 contributie betaalden, of beweerden te betalen, aan de Palts. De Staten waren evenwel van oordeel dat zij met de aanspraken van de Palts niet te maken hadden, en dat deze althans aan de hunne niets afdeden. Vandaar de belangstelling van Pesters voor de Trois Evechés'. Volgens het 'Journaal van de course gedaan in de laatste campagne A° 171 2 door den Heer Lieutenant Generaal van Grovestins' (Magazijn van militaire wetenschappen voor het jaar 1793) P- 61) was de conventie met de betrokken intendant gesloten 'na de slag bij Oudenaarden of wel te vooren', in represaille van de contributiën, door de Fransen opgelegd aan de meierij van 's-Herto- genbosch en de baronie van Breda. De door Pesters voorgestane inval, waarvan de kolonel Colin Lambert het project had opge maakt, is echter, zover wij weten, niet tot uitvoering gekomen. In de winter van 1711 op 171 2 liet Grovestins, thans gouver neur van Bouchain, uitgebreide verkenningen in de Franse grens gewesten verrichten. Reeds de actie tegen de vijandelijke con- vooien, welke deze winter zo in het bijzonder kenmerkte, gaf er aanleiding toe. Bovendien was Bouchain uiterst geschikt als uit gangspunt voor ruitertochten, meer dan Bergen, waar men al spoedig op Maubeuge en de Sambre stuitte. Van Bouchain uit kon men tot de Oise rijden zonder één hindernis van betekenis te ont moeten, en in deze rivier waren des zomers waadbare plaatsen, onder anderen bij Proisy, ongeveer 8 km ten Oosten van Guise. Aan Franse zijde waren deze omstandigheden niet onbekend, en in Mei ontving men hier verschillende berichten welke op een aan staande 'course' in Champagne wezen. Zo was omstreeks de 20e een geallieerde partij bij Proisy over de Oise getrokken; zij was nog Zuidelijker doorgedrongen tot St. Pierre, en had een van de notabe len uit de streek meegenomen, hetzij als gijzelaar voor contributie, hetzij om inlichtingen te verkrijgen.De koning wilde de bewoners der dorpen, die met een bezoek waren vereerd, gestraft hebben omdat zij hadden verzuimd de klokken te luiden. Dit toch werd veelal nagelaten uit vrees voor de wraak der partijgangers, en in 146

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

NIMH | 1964 | | pagina 170