Hompesch ingezonden verlieslijst, bedroeg 316 manschappen, waarvan 63 of 64 doden en 321 paarden. De dapperheid van St. Amour en de Keizerlijken wordt algemeen geroemd; volgens Hompesch toonde de bevelhebber 'bonne volonté et bravoure, mais pas trop de conduite'. De Fransen hadden volgens Pelet 19 doden en gewonden, waaronder 4 officieren1). Gelukkiger verliep de 10e Juli een gevecht bij Valenciennes, waartoe een grote foeragering, welke Albemarle tot onder de rook dier stad liet houden, aanleiding gaf. Tot dekking der foera- geurs had de generaal reeds in de voorafgaande nacht het dorp of de voorstad Anzin (Noordwestelijk van Valenciennes over de Schelde gelegen) door 1000 man onder de kolonel Bonneval laten bezetten en barricaderen. De gouverneur der vesting, de prins van Tingry, liet de gezamenlijke grenadiers van het garnizoen en 1800 man met enig geschut, onder bevel van de brigadier Laval, tot de aanval op Anzin overgaan. Er werd hardnekkig en vrij langdurig gevochten, doch toen de geallieerden door twee bataljons, die elders geposteerd waren geweest, werden bijgesprongen, moesten de Fransen met groot verlies de wijk naar de stad nemen. De geallieerden verloren bij deze gelegenheid 1 2 doden en 104 gewondende Fransen volgens schatting een 400 man. De foeragering werd ongehinderd volbracht, het dorp Anzin geplunderd en ten dele aan de vlammen prijs gege ven. De Gedeputeerden vermelden met lof het Engelse regiment van Primrose, dat een officier en enige manschappen aan doden verloor. Volgens Pelet zou het gevecht in het voordeel der Fransen zijn verlopen. Zij hadden, zo bericht deze, na een tegenstand van ruim een half uur het dorp genomen, waarbij Laval 40, zijn tegenstander 200 man verloor. Verder heet het echter: 'On ne put les pour- suivre ni troubler le fourage, paree qu'ils étaient soutenus par des forces trop supérieures' 2). 167 Feldzüge XlV-162, 163, Supplement p. 194, 193; Hompesch aan Heinsus 11 Juli (Heins. arch. ■204); Verbaal Gedep. te velde n Juli; Eur. Mere. 121; Pelet 62, 63. 2) Verbaal Ged. te velde 11 Juli. Eur. Mere. 120, 121. Tilly a.d. R.v.St. 11 Juli (R.v.St. 700). Pelet 63.

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

NIMH | 1964 | | pagina 193