belangrijke aandeel dat Montesquiou ongetwijfeld moest worden
toegeschreven. Het was geen geheim in het leger, en weldra ook
niet aan het hof, dat de laatste de onderneming had doorgedreven,
toen de opperbevelhebber op het punt stond haar met een weinig
roemvolle terugtocht te doen eindigen.
Villars' aarzeling tegenover een tegenstander, van wie men
mocht verwachten dat hij geen verkeerde zet op het militaire
schaakbord ongestraft zou laten, is verklaarbaar, te meer waar de
volle verantwoordelijkheid in geval van een tegenslag op hem zou
neerkomen. Dit alles nam niet weg, dat de overwinning tenslotte
aan de doortastendheid van zijn onderbevelhebber was te danken.
Het gevolg was, dat beiden zich min of meer miskend voelden,
en dat de verstandhouding tussen de beide veldheren hiervan
voortaan het stempel droeg x).
GEVOLGEN VAN DE SLAG BIJ DENAIN
De Franse overwinning van de 24e Juli vormt een keerpunt in de
veldtocht van 1712en feitelijk in de gehele oorlog. Het is niet te
ontkennen, dat Eugenius hoog spel speelde, toen hij, na het uit
treden van Engeland uit de Grote Alliantie, en met de vrede reeds
in zicht, door een overwinning te velde de toestand nog ten voordele
van de keizer en de Staten hoopte te forceren. Het vertrouwen in de
mogelijkheid van deze krachttoer moest door het gebeurde bij
Denain wel een schok ontvangen. Allereerst in de Republiek, die
hem tot nog toe trouw ter zijde had gestaan. De weerklank hiervan
vinden wij al spoedig in een brief van Hop, als hij vier dagen na de
s!ag aan Heinsius schrijft'Indien men uyt desen oorloch op een
eenigsints gevoechlycke en secure wijse kan comen, ick gelove,
behoudens beter oordeel, dat het de beste partije sal wesen'. Ook
op de houding der andere regeringen, die tot dusver de Grote
Alliantie trouw waren gebleven, kon het jongste
zonder invloed blijven.
Van Eugenius' plan van een nieuw, stevig verbond tussen de
resterende mogendheden, waarvan de Staten toch reeds afkerig
gebeuren niet
HOOFDSTUK X
(Zie schets nr 4)
Sautai 176, 197, 199, 205, 209, 2i£. Een Frans spotlied op de geallieerde nederlaag bij Arend,
4e D., 2e St. 962, 963. Gedenkpenning bij Sautai 164, prent id 232.
199