Pruisen, die zij trachtten te bewegen 8 ooo man uit Italië naar
Spanje te zenden, wat de koning echter onherroepelijk weigerde.
Ook de aandrang, op de Portugese gezant uitgeoefend, opdat deze
het hof van Lissabon tot grotere krachtsinspanning zou bewegen
was vergeefs. Hij beriep zich niet ten onrechte op de achterstallig
heid der Staatse subsidies, en de Staten, op hun beurt van Britse
zijde aangemaand, waren evenmin genegen tot een augmentatie ten
behoeve van Spanje boven de beloofde vier bataljons
Ernstige perikelen dreigden in Oost-Europa. De Turkse sultan,
onder wiens bescherming Karel xii nog steeds te Bender ver
toefde, had in November van het vorig jaar de oorlog aan Rusland
verklaard, en in de laatste dagen van December kwam zelfs de
tijding, dat hij besloten had, Karel met 140 000 man naar zijn land
terug te brengen. Geen wonder dat Peter de Grote en Augus
tus van Saksen, die zich intussen weer van de Poolse troon had
meester gemaakt, thans het in werking komen van het z.g. neu-
traliteitskorps verlangden, waarvoor de Republiek en Engeland elk
zes bataljons verplicht waren in geval van nood te leveren. De
aanvraag kwam hoogst ongelegenna de vijf reeds voor embarkatie
bestemde Engelse bataljons zou de afzending een nieuwe verzwak
king van het veldleger betekenen. Na ampele bespreking met de
vertegenwoordigers van alle betrokken mogendheden werd be
sloten, het afzenden der bataljons voorlopig nog uit te stellen,
mede wegens de bezwaren van de lange mars in het winterseizoen.
De toestand bleef echter in zoverre zorg baren, dat het Staatse
contingent, dat onder Amama ten Oosten van de IJssel in de
winterkwartieren lag, in allen gevalle beschikbaar moest blijven.
Bovendien dreigde het gevaar, dat Augustus van Saksen, wiens
gebied dicht bij de gevarenzone lag, zijn troepen terug zou roepen2).
Daar er al spoedig geruchten liepen dat de vijand in het aanstaand
voorjaar vroegtijdig te velde wilde komen en Douai belegeren, en
het enige middel om in deze niet achter te blijven was, tijdig de
magazijnen te voorzien, werd hierop nog vóór Marlboroughs
vertrek naar Engeland orde gesteld, waarbij Cadogan het nodige
overleg met de Raad van State pleegde 3).
Wegens al deze beslommeringen werd het 6 Januari, eer Marl
borough de voet op vaderlandse bodem zette. Eugenius was
reeds 12 December naar Amsterdam en vandaar na een kortstondig
x) Murray V-232, 236, 24^; id. 239, 246 vlg.
2) NeutraliteitskorpsRes. St.Gl. 2 Januari, 19 Januari, 8 Maart 1711 (bij Lamberty VI resp.
p. 408, 410, 442). Murray V-243—248. Over de Saksische troepen: Van 't Hoffnrs. 936, 939, 940.
3) Van 't Hoff nrs. 936, 937, 938.
8