verhoeden, dan kon dit nog slechts door slag leveren geschieden Villars had reeds de je, op de tijding dat de geallieerden bij Doornik over de Schelde waren gegaan, nog 48 eskadrons naar de kant van Denain en Valenciennes gezonden. De 8e trok hij zelf met het gros van het leger naar Valenciennes, 40 bataljons en 33 eskadrons onder Albergotti voor Douai achterlatende. Deze laatste maatregel werd echter reeds dezelfde dag wegens de capi tulatie overbodig. Op deze dag werd ook Quesnoy ingesloten. St. Fremont trok met 48 bataljons en 44 eskadrons boven Valenciennes over de Schelde, en legerde zich met de rechtervleugel tegen het bos van Mormal, de linker bij dat van Wargnies, met een tak van de Honneau voor zich. De 9e werd hij door nieuwe troepen versterkt, en de 10e, de dag waarop Eugenius het kamp van Quaregnon- Gognies betrok, sloot Villars zich met de hoofdmacht bij hem aan, met achterlating van 10 bataljons en een regiment dragonders in Douai onder het bevel vanViEUXPONT, die, met behulp van de krijgsgevangenen, de bressen begon te herstellen en de aanvals- werken liet slechten. Het Franse leger stond thans in de volgende positie. De infanterie met de rechtervleugel tegen het bos van Mormal, de linker bij Jenlain; in tweede linie vijf brigades infanterie en de rechter vleugel der cavalerie, met uitzondering van het Maison du Roy, dat te St. Saulve aan de Schelde stond. Achter de rechtervleugel stond de dragonderreserve van Coigny, tussen Jolimetz en Hertigny. De cavalerie van de linkervleugel stond links van de infan terie, tussen Jenlain en de brug van Quiévrain, en ontving drie brigades infanterie ter ondersteuning, respectievelijk te Préseau, Sebourg en Rombies. De cavaleriereserve van Broglie stond van de brug van Quiévrain tot de inundaties bij Condé. Het hoofdkwartier van Villars was te Preseau, dat vanMoNTESQUiou te Saultain. Daar het front der infanterie slechts onvoldoende door de Honneau en haar zijtakken werd gedekt, werd van het bos van Mormal tot Jenlain een retranchement opgeworpen. Samenvattend kan men dus zeggen dat de gehele Franse opstelling zich over ongeveer 24 km uitstrekte, doch het gros der strijd krachten over 10 km. Met het oog op een eventueel beleg van Maubeuge zond Villars daarheen 4 bataljons en een regiment dragonders, en om dezelfde reden 2 bataljons en een regiment dragonders naar Charleroi1). Pelet 110-113. 228

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

NIMH | 1964 | | pagina 254