Nog vóórdat de inneming van Bouchain de balans van tegen spoeden der geallieerden afsloot, lachte de krijgsfortuin ze nog eenmaal toe. Caris, de bevelhebber van Oostende, had inlichtingen ontvangen omtrent de zwakke bezetting van het fort Knocke, een belangrijke post, ongeveer halverwege tussen Ieperen en Nieuw- poort aan de IJser gelegen, daar waar deze zich met het kanaal naar Veurne verenigt. Het beheerste dus de waterwegen naar deze drie vestingen en was uitstekend gelegen om de omliggende Franse garnizoenen in schaak te houden. Het lag als een eiland op de samenkomst der kanalen, was versterkt met een drietal ravelijnen en aan twee zijden door een bedekte weg, alle door brede natte grachten omringd1). Caris droeg de partijganger Simon de la Rue, kapitein-luitenant van een vrije compagnie, op, de sterkte bij overrompeling te nemen. Deze vertrok in de nacht van 3 op 4 October uit Oostende met ongeveer 180 man. Langs verschillende wegen marcherende bereikten zij in de nacht van de ^e het fort, en verborgen zich in de tuin van de gou verneur en een drietal nabijstaande kleine woningen. Des morgens bij het openen der poorten maakten De la Rue's manschappen zich meester van de brug naar het ravelijn en van die naar het fort, nadat twee als burgers verklede gidsen de schildwachten hadden overhoop gestoken. Vervolgens maakte van de vier pelotons, waarin de troep was verdeeld, één zich meester van de poort van het fort. Twee andere veroverden de bruggen en poorten naar de buiten werken. Het vierde stormde het fort en de barakken binnen en dwong de bezetting zich over te geven. Alles gelukte naar wens, met geen ander verlies dan twee doden en een gewonde. De gouverneur, een brigadier, op het rumoer uit zijn bed gekomen, vroeg uit het venster om kwartier, en werd eveneens krijgsgevangen. De la Rue zond de gevangenen, voor wie hij geen levensmiddelen had, naar Ieperen, nadat de gouverneur een verklaring van krijgsgevangen schap had getekend. Zodra Caris bericht van de uitslag had, zond hij de kapitein en ingenieur Michel de Bernonville met een vijftigtal manschappen naar het fort tot versterking van De la Rue en om het werk voor lopig in staat van verdediging te brengen. Reeds des namiddags na de overrompeling verscheen echter de gouverneur van Ieperen met een 2000 man voor het fort, dat hij door een tamboer liet sommeren. De la Rue sloeg de sommatie 'beleefdelyck' af. Ver- Plans bij Rousset en in Eur. Merc. p. 273. 236

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

NIMH | 1964 | | pagina 262