met een knieval, doch de koningin bleef onvermurwbaar, en de laatste band, die de eens zo invloedrijke gunstelinge nog aan bet hof verbond, was voorgoed verbroken x). In dezelfde maand waarin deze treurige geschiedenis plaats had, werd Cadogan als vertegenwoordiger der Britse regering in de Conferentie te Brussel, welke het oppergezag in de Zuidelijke Nederlanden voerde, vervangen door de generaal Orrery, weder om een aanhanger der Tories, en werd Argyll benoemd tot bevel hebber der Engelse troepen in Spanje. Het was zelfs geruime tijd on zeker of Marlborough nog met het bevel in de aanstaande veld tocht zou worden belasteerst begin Februari besliste de regering, dat dit inderdaad het geval zou zijn. Het stond echter vast, met name ook sedert de benoeming van Orrery, dat zijn gezag zich tot het strikt militaire zou bepalen, en voorts zou hij zich de bevoogding van zijn gehate tegenstander en voormalige ondergeschikte St. John moeten getroosten. Zijn vervanging - daargelaten nog dat geen gelijkwaardige opvolger te vinden zou zijn geweest zou echter gelijk gestaan hebben met het uiteenvallen der Grote Alliantie, en daarvoor achtten de Britse bewindhebbers de tijd nog niet ge komen 2). Bij alle hem aangedane verdrietelijkheden moet het voor Marl borough een opluchting zijn geweest, naar het continent terug te keren en in een meer bevriende omgeving weder aan de voorbe reiding van de veldtocht te kunnen werken. De 4e Maart was hij in Den Haag terug. De Engelse recruten waren voor een deel reeds aangekomen, de overige werden binnen korte tijd verwacht, even als de remontepaarden, alsmede enige nieuwe troepen, nl. een regiment cavalerie en drie regimenten dragonders. Doch overigens bevond hij de zaken, wat de opening van de veldtocht aangaat, 'fort embrouillés'. Nog op de dag zijner aankomst schreef hij aan Eugenius om op diens spoedige overkomst aan te dringen 'Quoique je ferai mon possible, je ne vois aucune apparence de les démêler et les mettre en ordre sans la presence et 1'assistance de V.A.' 3). Vooral de voorziening der foeragemagazijnen was nog zeer ten achter, en dit was te ernstiger, omdat de berichten bleven aanhouden dat de vijand reeds in Maart de veldtocht dacht te openen met het belegeren van Douai en daartoe grote magazijnen aanlegde. Van de geallieerden kwamen de voornaamste te Rijssel en Doornik. Boven de Fransen hadden zij het voordeel van de 2) Churchill II-796, 797. 2) Van 't Hoff nr 936. 3) Murray V-260; zie ook p. 266. IO

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

NIMH | 1964 | | pagina 26