SPANJE EN PORTUGAL De krijgsbedrijven op het Iberisch schiereiland waren dit jaar wederom weinig belangrijk. Beide partijen leden onder geldgebrek, en kwamen dientengevolge te kort aan ongeveer alles wat nodig is om een krijgsmacht naar behoren te doen functioneren. In het bijzonder haperde het aan de voorziening der magazijnen en aan transportmiddelen voor treinen en artillerie, doch ook aan kleding, schoeisel, munitie en talloze andere zaken. Noch Philips v noch Starhemberg was in deze omstandigheden in staat tot aanvallende ondernemingen op enigszins betekenende schaal1). Aan Spaanse zijde kwam enige verbetering in de geldnood toen in April de Franse admiraal Du CassÉ een zilvervloot met enige miljoenen piasters binnenbracht. Een grote tegenslag was echter het overlijden, de ue Juni, van Vendome. Zijn opvolger was de veel minder bekwame t'Serclaes de Tilly. Van offensieve plannen, waarmee de overleden veldheer nog was omgegaan, was nu in 't geheel geen sprake meer. Philips v achtte trouwens een krachtig voeren van de oorlog overbodig en ongewenst, daar zulks de onder handelingen in Utrecht die, naar hij mocht vertrouwen, hem weldra het gerust bezit van troon en land zouden bezorgen, slechts kon schaden 2). Karel vi had nog steeds zijn hart aan de Spaanse monarchie ver pand en toonde zich ter herovering van de troon van Madrid tot groter offers bereid dan ooit te vorenjuist nu Engeland zich gereed maakte het restant van zijn troepen naar het vaderland terug te roepen. Eind Juni ontving Starhemberg inderdaad 6000 man uit Italië, benevens een aantal recruten en paarden, zodat, toen de geallieerde strijdkrachten 24 Juli bij Igualada werden geconcentreerd, zij een sterkte van 28 bataljons en 31 eskadrons bereikten, of 18 000 man en 3000 paarden. Elierbij bevonden zich ook alle Staatse troepen, te weten het enig overgebleven regiment infanterie, dat van Ver poorten (voormalig Noyelles), ter sterkte van 3-3-0 man, de dra gonders van Schlippenbacfi en Wassenaer (de opvolger van Mattha), beide van 330 en het regiment cavalerie van Drimborn van 200 paarden. Elk der bereden regimenten vormde twee eska- 246 HOOFDSTUK XV J) Bijzonderheden in Feldzüge XIV, 343, 345", alwaar een staat van de geallieerde troepen. 2) Feldzüge XIV, 3^0 vlg.Eur. Merc. 2e st. 49 vlg.

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

NIMH | 1964 | | pagina 272