De Raad van State dringt nogmaals aan op betere betaling der militie. Deze is steeds minder sterk dan zij volgens de Staten van Oorlog zou moeten zijn wegens ie. 'de ordinaris detractie voor paarden en jongens van officieren, solliciteurs e.a.' 2e. de trage betaling of korting wegens prompte betaling. 3e. vele excessieve kortingen onder verschillende benamingen. De onderstaven (adjudanten, provoosten, chirurgijns en kwartiermeesters) krijgen verhoging van ordinaris traktement met 8 maanden salaris in plaats van ordinaris en extraordinaris traktement. Voortaan moeten de onderstaven permanent zijn. Voorts dringt de Raad nogmaals aan op meer spoed bij het delibereren over de consenten, het gaaf en zuiver vaststellen der consenten, niet met allerlei clausules en 'accrochementen', die de zaak vertragen en vaak grote verwarring tussen de provincies stichten. Men wenst: Dat de penningen volgens de consenten tijdig aan de ontvanger-generaal der Unie worden afgedragen. Dat de provincies tijdig zorgen voor het heffen van geproportioneerde middelen, zolang niet bewilligd is in het heffen van eenparige middelen volgens art. 6 en 7 der Unie van Utrecht. Dat tijdens het delibereren over de consenten de noodzakelijke lopende betalingen niet worden gestaakt. De kosten van fortificatiën, magazijnen, foerage, e.a. zouden onvergelijkelijk veel lager zijn indien contant kon worden betaald. Drente betaalt 1 °/0 van alle ordinaris- en extraordinaris consenten en f joo per maand voor fortificatie van Koevorden. 39S

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

NIMH | 1964 | | pagina 421