schreef hij reeds de ie, en zoals hij zullen er meer hebben ge dacht 1). De mars werd door goed weer en helder maanlicht begunstigd, en evenzo door de omstandigheid dat de streek de meesten uit de vorige veldtocht bekend waszelfs kon veelal van de toenmaals gemaakte ouvertures gebruik worden gemaakt. Een korte rust werd gehouden bij Neuville, nadat de bosrijke streek van Villers au Bois was doorgetrokken, maar overigens werd de 40 km lange mars bijna zonder rusten afgelegd. Bij het krieken van de dag werd bericht ontvangen dat Hom- pesch en Cadogan zich omstreeks drie uur des nachts van de over gangen bij Bac a Bancheul en Arleux hadden meester gemaakt. Dit bericht deed de geestdrift nog meer ontvlammende stemming geleek op die bij de opmars naar het slagveld van Oudenaarden. Uit den aard der zaak waren Hompesch en Cadogan te voren ge- instrueerd; Hompesch had 's morgens het leger verlaten, en nam te Douai het bevel op zich over een korps van 10 bataljons, joo paarden en 4 zesponders. Cadogan was 's middags met Murray uit het leger vertrokken, en stelde zich 's avonds te Pont a Rache aan het hoofd van 13 bataljons en 9 a 10 eskadrons, afkomstig uit Rijssel en Doornik, en uit de troepen, welke Albemarle toen hij zich de ie bij het leger had gevoegd, bij de bagage in de omtrek van Bethune had achtergelaten. Bijzonderheden omtrent hun beider aandeel in de actie kennen wij niet; wij weten slechts dat de bruggen op beide plaatsen (het eerst naar het schijnt die van Bac a Bancheul) zonder slag of stoot werden in bezit genomen, doordat de overeenkomstige posten kort te voren waren ver laten. Marlborough was intussen met een voorhoede van £0 eska drons vooruitgereden en ging omstreeks 10 uur over de Sensette; de hoofden der colonnes ongeveer 12 uur. Zij hadden dus de mars in 14 uur afgelegd wat, gezien de door te trekken défilé's, waaronder de bruggen over de Scarpe en de Molinet, een kranige verrichting genoemd mag worden. Na de troepen van Hompesch en Cadogan gaan de eskadrons der voorhoede over de bruggen; vervolgens de hoofdmacht. Daar slechts van twee bruggen gebruik kan worden Albemarle aan Heinsius, kamp van Beuvry (bij Bethune) i Augustus (Heins. arch. 1611). Zie ook zijn brief van dezelfde datum aan Drummond (Brits agent te Amsterdam) bij Churchill 11-845-. Kapitein Parker, 'Memoires', bij Churchill II-846. Waarschijnlijk zijn er meer ingewijden geweest dan Goslinga het doet voorkomen. Een nachtmars toch als hier stond te geschieden, in vier colonnes en ten dele door begroeid terrein, eist een zekere mate van voorbereiding. De troep zal waar schijnlijk tot het laatst in het onzekere zijn gebleven. Omtrent het tijdstip, waarop Sutton met de artillerie vertrok is geen eenstemmigheid; volgens Eur. Merc. p. 14^ vertrok hij eerst 's avonds 7 uur van de 4e. 41

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

NIMH | 1964 | | pagina 59