Ravignan zou consequenter hebben gehandeld,indien hij, indien
toch geen vrije aftocht was te verkrijgen, de verdediging zo lang
mogelijk had voortgezet; te meer omdat nog geen der ravelijnen
was genomen en met de grachtovergang nog moest worden begon
nen. Men heeft echter in de stad op twee gedachten gehinkt, en zich
laten misleiden door de beweerde beloften van Pagny. Een
memorie, door Ravignan de 16e opgesteld en door de hoofd
officieren van het garnizoen ondertekend, werd door Villars aan
Marlborough gezonden met een schrijven, waarin de maarschalk
zich over het gebeurde beklaagde. Marlborough antwoordde met
een tegengeschrift, onder overlegging van verklaringen van Fagel
en Pagny, waarvan vooral de laatste op sommige punten sterk con
trasteert met de memorie van Ravignan. Het geval had nog veel
geschrijf ten gevolge, omdat de uitwisseling der krijgsgevangen
officieren, Erbach, Wassenaer, Borcic, Denhoff en Savary,
er door werd vertraagd. Marlborough dreigde zelfs met het doen
terugroepen van de vele Franse officieren die zich op erewoord,
doch over de termijn van hun paspoort, in Frankrijk ophielden.
Ook van de officieren uit Bouchain schijnen vele zonder verlof naar
Valenciennes en Condé te zijn teruggekeerd, doch de koning liet
deze de order toekomen, zich opnieuw in krijgsgevangenschap te
begeven. De uitwisseling van Ravignan en de anderen had ten
slotte in October plaats 1).
De voor Bouchain door de geallieerden geleden verliezen waren
hoog: ongeveer 900 doden en 2760 gewonden. Zie bijlage 7. Het
was het resultaat van een maand van verbitterde strijd waarin talrijke
blijken van moed en bekwaamheid waren ten beste gegeven. Gezegd
mag worden, dat hetgeen op deze wijze werd verkregen, een
bruggehoofd weliswaar, maar voor de toenmalige grote legers van
ontoereikende capaciteit, niet in verhouding stond tot de offers,
gebracht gedurende wat op zich zelf als roemrijke krijgsverrichting
onze bewondering verdient.
66
Pelet X-437, 438. De memorie van Ravignan c.s. (17 September) en de brieven van Villars
(18 September) en Marlborough (19 September) aid. p. 677 vlg. De memories van Fagel en Pagny
bij Murray 498 vlg. Hoewel in deze zaak van opzettelijke misleiding blijkbaar geen sprake is, laat
de onderlinge vergelijking der stukken de mogelijkheid open, dat Pagny zich iets te veel met het
Franse standpunt heeft vereenzelvigd, daardoor zijns ondanks tot het ontstaan van het misverstand
heeft bijgedragen en zich zelf in een scheve positie gebracht. Verdere brieven van Marlborough
over de zaak, alsmede over de uitwisseling, bij Murray V-^01, '3, '9, '11, '13, '19, '23, '28, '37,
57-
Tegen de uitwisseling van Erbach tegen D'Alégre, die nog steeds in Engeland gevangen was, maakte
de Britse regering bezwaar wegens de behandeling van Stanhope en de zijnen in Spanje.