De 2 je tenslotte liet de hertog het leger uiteengaan naar de
winterkwartieren, en beëindigde daarmee zijn laatste veldtocht.
Villars had zijn leger reeds geleidelijk verdeeld. De 23e verliet hij
het kamp van Paillencourt voor Cambraienige dagen later vertrok
hij naar het hof, na het bevel te hebben overgegeven aan Mon-
tesquiou, die tijdens de winter voor de veiligheid der grenzen zou
waken x).
De geallieerde troepen bereikten veilig hun kwartieren, met uit
zondering van het escorte van de bagage van het Saksische regiment
van Wackerbarth. Dit kreeg tussen Brussel en Leuven bezoek van
Dumoulin, die zich in de bossen had verscholen. Het geleide van
slechts 20 man werd gedood of op de vlucht gejaagd, en het convooi
werd een buit der partijgangers, met inbegrip van 4000 rijksdaalders
aan contanten2).
Marlborough kwam 3 November te Antwerpen aan, waar hij
met groot eerbetoon werd ontvangen, zette de ^e zijn reis voort,
arriveerde de 9e in Den Haag, confereerde gedurende enige dagen
met Heinsius en de leden der regering, en vertrok de 19e naar
Engeland.
Tijdens zijn afwezigheid had Tilly het bevel over alle verbonden
troepen in de Nederlanden en tevens het gouvernement te Luik.
Onder hem voerde Albemarle, evenals het vorig jaar, het bevel
over de winterkwartieren in Vlaanderen en aan de Zuidelijke grens,
met Doornik als hoofdkwartier; Fagel in Staats-Vlaanderen. Als
voorheen was Gent door Engelse troepen bezet, Brugge door
Deensede Hannoveranen lagen in de Demer-vallei, de Pruisen
overwinterden in het Rijk3).
Tijdens de winter verstomde weliswaar het krijgsrumoer, maar
het was nog niet geheel van de lucht. Zo vinden wij melding
gemaakt van een aanslag van het garnizoen van Douai op de schans
van Biache, in de nacht van op 16 November, waarbij de aan
vallers het niet verder brachten dan de palissaden4).
Van meer belang was een groot opgezette poging van Montes-
quiou tot het afdammen en verstoppen van de Deulle en de Scarpe,
ten einde deze wateren onbruikbaar te maken voor de aanvoer ten
behoeve van de magazijnen van Douai. Het plan was opgesteld
76
Pelet 442-'44; Murray 513, 548/54.9, 554; Eur. Merc. 239, 240. Voor een uitvoerige be
schrijving van de bewegingen na de val van Bouchain zie men Feldzüge XIII 200-203.
2) Eur. Mere. 289.
3) Staat van de winterkwartieren: Feldzüge XIII, 475-482. Verdeling en standplaatsen der gene
raals: Eur. Mere. 289, 290. Van groot belang was, dat de in Juni naar Duitsland vertrokken
Keizerlijke troepen grotendeels vóór de winter naar de Nederlanden terugkeerden. Hierover
Van 't Hoff nrs. 922, 983, 996; Murray p. 520.
4) Pelet 444.